esparto

Stipa tenacissima

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • es·par·to
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord esparto
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

esparto o [2]

  1. (plantkunde) Macrochloa tenacissima Stipa tenacissima Lygeum spartum gras voorkomend in Noord-Afrika en Spanje, waarvan de stugge draadvormige bladeren al eeuwen worden gebruikt in vlechtwerk bijv. voor sandalen en manden
Synoniemen
  • espartogras, Spaans gras

Gangbaarheid
  • Het woord 'esparto' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen
  1. esparto op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).

Tsjechisch

Zelfstandig naamwoord

esparto

  1. (plantkunde) esparto, espartogras
Synoniemen
Verwante begrippen
  • alfový
  • halfový
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.