erkentenis

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • er·ken·te·nis
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘besef van bestaan of waarheid van iets’ voor het eerst aangetroffen in 1604 [1]
  • Naamwoord van handeling van erkennen met het achtervoegsel -enis [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord erkentenis erkentenissen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

erkentenis v [3]

  1. het erkennen: het besef of getuigenis van het bestaan, de waarheid of juistheid van iets

Gangbaarheid
  • Het woord erkentenis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
90 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.

Verwijzingen
  1. "erkentenis" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
  2. erkentenis op website: Etymologiebank.nl
  3. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.