erica

Nederlands

Erica teneus
Uitspraak
Woordafbreking
  • eri·ca
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het me Latijn, in de betekenis van ‘dopheide’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1889 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord erica erica's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

erica v / m [3]

  1. (plantkunde) Erica een geslacht van heideplanten
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord erica staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
75 %van de Nederlanders;
58 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.