eenhonderdtweeënvijftig

Nederlands

0152
eenhonderdtweeënvijftig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • een·hon·derd·tweeën·vijf·tig, een·hon·derd·twee·en·vijf·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

eenhonderdtweeënvijftig

  1. "152", langere vorm van honderdtweeënvijftig, honderd plus tweeënvijftig (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De inzameling heeft eenhonderdtweeënvijftig euro en vijftig cent opgebracht. 
    1. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdtweeënvijftig. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

  • eenhonderdtweeënvijftigste

hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdtweeënvijftig" ht als linkerdeel

  • eenhonderdtweeënvijftigduizend

Gangbaarheid

  • Het woord 'eenhonderdtweeënvijftig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.