eenhonderdennegen
Nederlands
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
0 | 1 | 0 | 9 |
eenhonderdennegen,
op een abacus
op een abacus
Woordafbreking
- een·hon·derd·en·ne·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van eenhonderd ht en negen ht
Hoofdtelwoord
eenhonderdennegen
- "109", langere vorm van honderdnegen, honderd plus negen (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft eenhonderdennegen euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdennegen.
Synoniemen
- honderdnegen (deze kortere vorm is de gangbare vorm, "eenhonderdennegen" wordt zelden gebruikt)[1][2]
Afgeleide begrippen
hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdennegen" ht als linkerdeel
- eenhonderdennegenduizend
Gangbaarheid
- Het woord 'eenhonderdennegen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Haeseryn, W. e.a. "7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden" in: Algemene Nederlandse Spraakkunst (1997) op website: ans.ruhosting.nl; onder 2 [2]; geraadpleegd 2018-12-06
- Tweeduizend zes / tweeduizend en zes op website Nederlandse Taalunie: taaladvies.net; geraadpleegd 2018-12-06
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.