ebola
Nederlands
Woordafbreking
- ebo·la
Zelfstandig naamwoord
ebola
- (medisch) zeer besmettelijke, tropische virusziekte die met inwendige bloedingen gepaard gaat.
- Als er ooit Ebola zou uitbreken in Europa hopen we dat Marine le Pen het eerste slachtoffer wordt.[2]
Gangbaarheid
- Het woord ebola staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ebola' herkend door:
81 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.