duvelt op

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • duĀ·velt op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opduvelen

duvelt (...) op

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opduvelen
    • Jij duvelt op. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opduvelen
    • Hij duvelt op. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van opduvelen
    • Duvelt op! 

Gangbaarheid

  • Het woord duvelt op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.