dutje
Nederlands
Zelfstandig naamwoord
dutje o dim. tant.
- een korte periode van slaap
- De oudjes deden een dutje.
Gangbaarheid
- Het woord dutje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'dutje' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.