driehonderdennegentig

Nederlands

0390
driehonderdennegentig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • drie·hon·derd·en·ne·gen·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

driehonderdennegentig

  1. "390", langere vorm van driehonderdnegentig, driehonderd plus negentig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De inzameling heeft driehonderdennegentig euro en vijftig cent opgebracht. 
    1. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdennegentig. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

  • driehonderdennegentigste

hooftelwoord samengesteld met "driehonderdennegentig" ht als linkerdeel

  • driehonderdennegentigduizend

Gangbaarheid

  • Het woord 'driehonderdennegentig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.