diviniteit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
- di·vi·ni·teit
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Frans [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | diviniteit | diviniteiten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
diviniteit v [2]
- Het is betreurenswaard. Men kan niet positief genoeg stelling nemen tegen deze vorm van afgoderij, ook al betreft het een der zeer groten. De Beethoven-verering van verleden jaar heeft reeds ontstemming gewekt in de kringen der muzikaal weldenkenden. En Beethovens diviniteit kan wel enige stoten verdragen. Maar Debussy? Nog altijd slaat men hier meer acht op hoeveelheid dan op hoedanigheid en het aantal van Debussy's kunstwerken is gering. [3]
- godgeleerdheid
Gangbaarheid
- Het woord 'diviniteit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- diviniteit op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)(2011)–Willem Pijper Muziekbesprekingen oktober 1927
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.