deplorabel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • de·plo·ra·bel
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘betreurenswaardig’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1600 [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen deplorabeldeplorabelerdeplorabelst
verbogen deplorabeledeplorabeleredeplorabelste
partitief deplorabelsdeplorabelers-

Bijvoeglijk naamwoord

deplorabel

  1. betreurenswaardig, in een slechte staat verkerend
    • De terminale patiënt verkeerde in een deplorabele toestand. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord deplorabel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
82 %van de Nederlanders;
63 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.