clusteren
Nederlands
Woordafbreking
- clus·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Engels
Werkwoord
clusteren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
clusteren |
clusterde |
geclusterd |
zwak -d | volledig |
- verschillende objecten samenvoegen in één of meer groepen
- Volgens de ambtenaren is het ook een goed idee als de mensen die in de zaal zaten, samen een lijst vormen voor een gebied. Clusteren van individuele burgers als oplossing voor het ellenlange stembiljet dat ontstaat door mensen zoals ik, die zich persoonlijk kandidaat willen stellen. [1]
- Bij grotere scholenkoepels kun je dezelfde taken clusteren en hen ook bij het praktijkonderwijs betrekken. Dat is leuk voor leerlingen, want ze krijgen input uit de praktijk van mensen met connecties. [2]
Gangbaarheid
- Het woord clusteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'clusteren' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Het Parool H. van Dijk & L. van de Kamp 20 december 2017 'Gemeente wekt vals vertrouwen dat burgers invloed hebben'
- Tubantia W. Boonstra 24 december 2017, Overstap naar onderwijs valt zij-instromer vaak tegen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.