clitisch
Nederlands
Bijvoeglijk naamwoord
clitisch
- (taalkunde) een onbeklemtoonde vorm aannemend, vaak met reductie van volle klinkers tot een sjwa
- Bij zelfstandige pronimina is het al dan niet clitische (gereduceerde, onbeklemtoonde) gebruik van persoonlijke pronomina in beide talen [Frans en Nederlands] vrij verschillend.[1]
- "Je" is de clitische vorm van "jij", "jou", "jouw" of "jullie".
Verwante begrippen
- enclitisch
- proclitisch
Vertalingen
1. een onbeklemtoonde vorm aannemend, vaak met reductie van volle klinkers tot een sjwa
Gangbaarheid
- Het woord 'clitisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Nederlandse grammatica voor Franstaligen: 7 De Nominale Constituent
W, Van Langendonck, P. Lauwers, B. Lamiroy, L. Melis, W. Van Belle.
Departement Linguïstiek
K.U. Leuven 2005
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.