claimen
Nederlands
Woordafbreking
- clai·men
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van claim.
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
claimen |
claimde |
geclaimd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
claimen
- overgankelijk iets opeisen, aanspraak maken op iets
- In 1979 claimde Sony de naam 'Walkman'.
- Na de verkiezingen claimden beide partijen de belangrijke ministerspost.
- overgankelijk beweren
- De fabrikant claimt een toename van het vermogen van bijna 10 procent.
- Het land claimt dat het uranium op grote schaal kan verrijken.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord claimen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'claimen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.