bruiste op

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bruis·te op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opbruisen

bruiste op

  1. enkelvoud verleden tijd van opbruisen
    • Ik bruiste op. 
    • Jij bruiste op. 
    • Hij, zij, het bruiste op. 

Gangbaarheid

  • Het woord bruiste op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.