breek stuk
Nederlands
Woordafbreking
- breek stuk
Werkwoord
vervoeging van |
---|
stukbreken |
breek (...) stuk
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stukbreken
- Ik breek stuk.
- gebiedende wijs van stukbreken
- Breek stuk!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stukbreken
- Breek je stuk?
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.