bezont

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • beĀ·zont

Werkwoord

vervoeging van
bezonnen

bezont

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bezonnen
    • Jij bezont. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bezonnen
    • Hij bezont. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van bezonnen
    • Bezont! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.