bezat

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • beĀ·zat
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van bezatten: de stam zonder -t omdat de stam al op -t eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van
bezitten

bezat

  1. enkelvoud verleden tijd van bezitten
    • Ik bezat. 
    • Jij bezat. 
    • Hij, zij, het bezat. 

Werkwoord

vervoeging van
bezatten

bezat

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van bezatten
  2. gebiedende wijs van bezatten
  3. voltooid deelwoord van bezatten
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.