bevochten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·voch·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bevochten
bevochtte
bevocht
zwak -t volledig

Werkwoord

bevochten [1]

  1. vochtig maken, bevochtigen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
bevechten

bevochten

  1. meervoud verleden tijd van bevechten
    • Wij bevochten. 
    • Jullie bevochten. 
    • Zij bevochten. 
  2. voltooid deelwoord van bevechten
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord bevochten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.