bescheurde
Nederlands
Woordafbreking
- be·scheur·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bescheuren |
bescheurde
- enkelvoud verleden tijd van bescheuren
- Ik bescheurde.
- Jij bescheurde.
- Hij, zij, het bescheurde.
- Ik bescheurde.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.