beschenkt
Nederlands
Woordafbreking
- be·schenkt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
beschenken |
beschenkt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschenken
- Jij beschenkt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschenken
- Hij beschenkt.
- verouderde gebiedende wijs meervoud van beschenken
- Beschenkt!
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.