bemoeit

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·moeit

Werkwoord

vervoeging van
bemoeien

bemoeit

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bemoeien
    • Jij bemoeit. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bemoeien
    • Hij bemoeit. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van bemoeien
    • Bemoeit! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.