belvedère
Nederlands
Woordafbreking
- bel·ve·dè·re
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Frans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | belvedère | belvedères |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
belvedère m [1]
- plaats of gebouw met een heel mooi uitzicht
- Twee Litouwers zijn zondagochtend aangehouden voor autoinbraak. De politie zondagnacht rond 03.45 uur een melding dat er iets aan de hand was op een parkeerplaats aan de Belvedere. [2]
- Het museum heeft naar eigen zeggen 'een representatieve' verzameling grafiek van Maurits Cornelis Escher (1898-1972) in zijn collectie, waaronder iconen als Drawing Hands en Belvedere. [3]
- Voor zijn troonsafstand in juli dit jaar kreeg Albert nog 11,5 miljoen euro. Hij zou nu hopen dat de staat bijvoorbeeld het onderhoud en de verwarming van zijn kasteel Belvédère betaalt, of de brandstof van het koninklijke jacht. [4]
Gangbaarheid
- Het woord belvedère staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'belvedère' herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Tubantia 02-10-11 Vast voor autoinbraak
- Tubantia 18-11-11 Rijksmuseum stelt Escher ten toon in Mexico-Stad
- Tubantia 07-11-13 'Koning Albert komt niet rond van 9 ton per jaar'
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.