apache
Nederlands
![](../I/m/IMPRUDENTS_APACHES.jpg)
aanpak van twee apaches
Woordafbreking
- apa·che
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Frans [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | apache | apachen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
apache m [2]
- straatrover die in het begin van de 20ste eeuw actief was in de grote steden (m.n. Parijs)
- Er is mij iets vreeslijks overkomen! Stel je voor, toen ik je gisteren verliet, ben ik, vlak bij huis, in de Avenue Dubouchage door apachen overrompeld! (Louis Couperus, Modern toerisme) [3]
Gangbaarheid
- Het woord apache staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'apache' herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- apache op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Couperus, Louis Modern toerisme
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.