affecteerde
Nederlands
Woordafbreking
- af·fec·teer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
affecteren |
affecteerde
- enkelvoud verleden tijd van affecteren
- Ik affecteerde.
- Jij affecteerde.
- Hij, zij, het affecteerde.
- Ik affecteerde.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.