afbedelen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·be·de·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afbedelen
bedelde af
afgebedeld
zwak -d volledig

Werkwoord

afbedelen [1]

  1. overgankelijk door te bedelen verkrijgen

Gangbaarheid

  • Het woord afbedelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
45 %van de Nederlanders;
68 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.