accuratesse

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ac·cu·ra·tes·se
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘zorgvuldigheid’ voor het eerst aangetroffen in 1698 [1]
  • uit het Duits [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord accuratesse -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

accuratesse v

  1. accuraatheid, precisie
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord accuratesse staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
89 %van de Nederlanders;
64 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.