aankondigden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aankondigden    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈaŋˌkɔndəɣdə(n)/
Woordafbreking
  • aan·kon·dig·den

Werkwoord

vervoeging van
aankondigen

aankondigden

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van aankondigen
    • ...dat wij aankondigden. 
    • ...dat jullie aankondigden. 
    • ...dat zij aankondigden. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.