rammelaar
Dutch
![](../I/m/Sonajeros.jpg)
Twee rammelaars (sense 1). Two rattles.
Pronunciation
- IPA(key): /ˈrɑ.mə.ˌlaːr/
- Hyphenation: ram‧me‧laar
Noun
rammelaar m (plural rammelaars, diminutive rammelaartje n)
See also
Noun
rammelaar m (plural rammelaars, diminutive rammelaartje n)
- A rabbit buck, a male rabbit
- 2015 May 15, "Ondertekening beheerovereenkomst Beestenboetje", Uitkijkpost.
- De rammelaars zijn reeds 'geholpen' en kunnen op termijn in een nieuw groepsonderkomen bij de voedsters worden gezet, als één gezellige familie; maar dan zonder het gevaar van vele nakomelingen.
- The bucks have already been 'fixed' and can eventually be placed in a new group shelter together with the does, as one happy family; but without the risk of many offspring.
- De rammelaars zijn reeds 'geholpen' en kunnen op termijn in een nieuw groepsonderkomen bij de voedsters worden gezet, als één gezellige familie; maar dan zonder het gevaar van vele nakomelingen.
- 2015 May 15, "Ondertekening beheerovereenkomst Beestenboetje", Uitkijkpost.
Antonyms
Hypernyms
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.