Ypres Town Cemetery Extension

Ypres Town Cemetery Extension is een Britse militaire begraafplaats met gesneuvelden uit de Eerste en Tweede Wereldoorlog, gelegen in de Belgische stad Ieper. De begraafplaats ligt ongeveer 800 m ten noordoosten van de Grote Markt. Deze rechthoekige begraafplaats heeft een oppervlakte van 2.725 m² en werd ontworpen door Reginald Blomfield, in samenwerking met Wilfred Von Berg. De Commonwealth War Graves Commission staat in voor het onderhoud. Het Cross of Sacrifice staat achteraan bij de zuidelijke korte zijde en tegen de oostelijke muur staat de Stone of Remembrance. Deze begraafplaats ligt binnen het terrein van de Begraafplaats van Ieper en is enkel door een haag en een bakstenen muur daarvan gescheiden. Net als bij de aangrenzende Ypres Town Cemetery liggen hier ook leden van de Commonwealth War Graves Commission begraven.

Ypres Town Cemetery Extension
Overzicht met Cross of Sacrifice
Bouwjaar1914
LocatieIeper,  België
Totaal aantal slachtoffers650
Ongeïdentificeerde slachtoffers143
TypeMilitaire begraafplaats
VerantwoordelijkeCommonwealth War Graves Commission
OntwerperReginald Blomfield

Er liggen 600 doden uit de Eerste en 44 doden uit Tweede Wereldoorlog begraven.

Geschiedenis

Deze begraafplaats lag tijdens de hele Eerst Wereldoorlog binnen de Ieperboog. Kort nadat men begin oktober 1914 begonnen was met bijzettingen op de Begraafplaats van Ieper, startte men ook met het begraven van doden op de plaats die Ypres Town Cemetery Extension zou worden genoemd. Deze Extension werd gebruikt tot april 1915. In 1918 werden nog twee slachtoffers bijgezet. Na de wapenstilstand werden hier nog 367 slachtoffers begraven die afkomstig waren van de slagvelden ten oosten en noordoosten van Ieper en van kleinere begraafplaatsen uit de omgeving. Deze waren Dragoon Farm Cemetery in Ieper, La Premiere Borne in Ieper en Ypres Benedictine Convent Grounds, eveneens in Ieper.

Bij de 600 doden uit de Eerste Wereldoorlog zijn er 568 Britten (waarvan 137 niet geïdentificeerde), 13 Australiërs, 15 Canadezen, 1 Indiër, 1 Zuid-Afrikaan en 2 onbekende Duitsers. Voor 13 Britten werden Special Memorials[1] opgericht omdat men hun graven niet meer kon lokaliseren en aanneemt dat ze zich onder de naamloze graven bevinden.

Bij de slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog zijn er 42 Britten (waarvan 13 niet geïdentificeerde), 1 Canadees en 1 Tsjecho-Slowaak.

Deze begraafplaats is opgenomen in de lijst van het Wereldoorlog Erfgoed.[2]

Graven

  • Karel Pavlik[3] was een Tsjecho-Slowaak die als vrijwilliger dienst nam als sergeant bij de Royal Air Force. Hij maakte deel uit van het 313e (Tsjecho-Slowaakse) Squadron toen hij werd neergeschoten op 5 mei 1942. Hij was 24 jaar.

Onderscheiden militairen

  • Frederic Walter Kerr, kolonel bij de Gordon Highlanders; Arthur Jex Blake Percival, luitenant-kolonel bij de Northumberland Fusiliers; Hugh Wordsworth Atlay, majoor bij de Royal Field Artillery en John Hammon Massie, majoor bij de Royal Garrison Artillery werden onderscheiden met de Distinguished Service Order (DSO).
  • kapitein Thomas Avery, de sergeant-majoors Frank Henry Clay en Albert Cox, korporaal J.A. McGovern en pionier G.P. Burns werden onderscheiden met de Distinguished Conduct Medal (DCM).
  • de sergeanten George Douglas Buchan, Harold Vernon Wood, de korporaals F.T. Gibson en J.W. Sunter en soldaat P.Daly ontvingen de Military Medal (MM).
  • sergeant Jamis McIlroy ontving tweemaal de Military Medal (MM and Bar).

Minderjarige militair

  • pionier Owen John Owen van de Royal Engineers was 17 jaar toen hij sneuvelde.

Aliassen

  • luitenant Lord Charles Sackville Pelham diende onder het alias Lord Worsley bij de Royal Horse Guards. Hij was de zoon van Charles Alfred Worsley Pelham, 4de graaf van Yarborough. Hij sneuvelde op 30 oktober 1914 in de omgeving van Zandvoorde. Hij was 27 jaar.
  • kanonnier Walter Charles Rex diende onder het alias W.C. Ricks bij de Royal Field Artillery.
  • soldaat Myer Morris Rogozinski diende onder het alias M. Rosen bij het Yorkshire Regiment.

Herbegraven militairen

  • Op 20 april 2016 werden zes slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog met militaire eer herbegraven. Zij werden tijdens werkzaamheden in de wijk De Vloei in Ieper gevonden. Twee van hen konden door middel van DNA-onderzoek geïdentificeerd worden als Joseph William Rowbottom en Albert William Venus, allebei behorende tot de Royal Field Artillery.[4]



Zie de categorie Ypres Town Cemetery Extension van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.