Vliesgevel

Een vliesgevel, ook wel gordijngevel of glasgevel, is een niet dragende gevel of afscheiding tussen exterieur en interieur van een gebouw. Omdat de vliesgevel niet-dragend is kan het worden opgebouwd uit lichte materialen, zoals glas, waardoor er bespaard kan worden op gewicht.

Een vliesgevel draagt geen andere belasting dan zijn eigen gewicht en geeft die samen met de windbelasting die op de gevel komt af aan de achterliggende constructie van het gebouw die het op zijn beurt afdraagt op de fundering. Zoals de meeste gevels zijn vliesgevels ontworpen om wind- en waterinfiltratie in gebouwen tegen te gaan.

Geschiedenis

Een van de eerste vliesgevels in Boekarest

Voor een vliesgevel is een kolomstructuur met stijve vloeren vereist. Voor de uitvinding van beton en constructief staal waren dit soort constructies enkel in hout te maken.[1] In West-Europa was echter een tekort aan lang hout ontstaan en bouwde men voornamelijk met baksteen, wat zich niet leent voor vliesgevels. Toen in de 18e eeuw grotere ramen gemaakt konden worden verschenen dan ook in het Ottomaanse Rijk, waar nog volop met hout gebouwd werd, de eerste volwaardige vliesgevels.

Oriel Chambers, Liverpool, Engeland 1864. Het eerste vliesgevelgebouw buiten het Ottomaanse Rijk. De natuursteen is hierbij als decoratie gebruikt.

Vliesgevelsystemen in staal werden voor het eerst in de 19e eeuw in Engeland ontwikkeld. Het eerste gevelsysteem werd gebruikt bij Oriel Chambers in Liverpool, wat gevolgd werd door de 16 Cook Street in Liverpool. Beide gebouwen werden ontworpen door een lokale architect genaamd Peter Ellis. De architect wilde glazen gevels zodat het mogelijk werd het licht dieper het gebouw in te brengen, zodat meer vloerruimte gebruikt kon worden en de verlichtingskosten in de winter gereduceerd konden worden. Dit werd mogelijk door het gebruik van een kolommenstructuur als drager, in plaats van dichte wanden.

De eerste vliesgevels werden gemaakt van stalen profielen en de glasplaten werden in de profielen vastgezet met asbest of glazen vezels. Later werd silicoonkit of glastape gebruikt. In sommige ontwerpen werden kappen gebruikt om het glas op zijn plaats te houden. Hierdoor worden er kappen op de profielen van de vliesgevel geplaatst. Deze kappen zijn mogelijk in verschillende vormen. De eerste vliesgevel die deze methode gebruikte werd toegepast in het Lever House in New York. Eerdere modernere voorbeelden zijn te zien in het Bauhaus in Dessau en de Hallidie Building in San Francisco en in Nederland, het Heerlen gelegen Glaspaleis uit 1933.

In de jaren 70 van de twintigste eeuw deden de aluminium profielen hun intrede.

Soorten vliesgevels

Er zijn twee soorten vliesgevels:

  • de zuivere vliesgevel; Deze heeft geen binnenspouwblad en staat geheel los van de constructie
  • de onzuivere vliesgevel; Deze heeft wel een binnenspouwblad en vormt een schil voor de achterliggende constructie

De onzuivere vliesgevel is weer onder te verdelen in twee typen:

  • De koude onzuivere vliesgevel; Deze heeft een open luchtspouw
  • De warme onzuivere vliesgevel; Deze heeft een gesloten luchtspouw
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.