Arrest Van Hese/Schelde
Het arrest Van Hese/Schelde (HR 28 april 2000, NJ 2000/430) ook wel Asbest-arrest genoemd, is een arrest van de Nederlandse Hoge Raad waarin werd beslist dat redelijkheid en billijkheid kunnen derogeren aan de objectieve verjaringstermijn van dertig jaar.
Van Hese/Schelde
| ||
Datum | 28 april 2000 | |
Instantie | Hoge Raad der Nederlanden | |
Rechters | H.L.J. Roelvink, P. Neleman, W.H. Heemskerk, R. Herrmann, Jhr. O. de Savornin Lohman | |
Adv.-gen. | J. Spier | |
Soort zaak | civiel | |
Procedure | cassatie | |
Wetgeving | art. 3:310, 6:2, 7:658 BW; art. 7A: 1638x, 2004 BW (oud), art. 3, 11 ESH, art. 6 EVRM, art. 94 Gw, art. 7 IVESC | |
Onderwerp | verjaring, asbest | |
Vindplaats | NJ 2000/430 JOL 2000, 264 | |
ECLI | ECLI:NL:HR:2000:AA5635 |
Casus
Een werknemer is van 1959 tot 1963 werkzaam bij De Schelde NV, waar hij in aanraking komt met asbest. In 1996 ontwikkelt hij mesothelioom, veroorzaakt door asbest. Hij stelt zijn voormalige werkgever aansprakelijk. Later in het jaar overlijdt hij aan de ziekte.
Procesgang
De kantonrechter en in hoger beroep de rechtbank oordelen dat op grond van artikel 3:310 BW de verjaringstermijn van dertig jaar reeds is verlopen in 1993, zodat de vordering verjaard is. Hiertegen gaan de erven van de werknemer in cassatie. De Hoge Raad vernietigt het vonnis van de rechtbank en verwijst het geding naar het gerechtshof ter verdere behandeling.
Rechtsvragen en Hoge Raad
De Hoge Raad oordeelt dat redelijkheid en billijkheid (art. 6:2 BW) met zich mee kunnen brengen dat de verjaringstermijn van dertig jaar onaanvaardbaar is:
Of (...) de verjaringstermijn van dertig jaar na de gebeurtenis waarop de aansprakelijkheid berust, inderdaad naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is, zal met inachtneming van alle omstandigheden van het concrete geval moeten worden beoordeeld. Als gezichtspunten waarvan de rechter blijk moet geven deze in zijn beoordeling te hebben betrokken vallen te noemen: |
Relevantie
Het arrest Van Hese/Schelde heeft de poort geopend naar schadeclaims van asbestslachtoffers en andere beroepsziektes die zich pas na de bevrijdende verjaringstermijn van dertig jaar openbaren. Het belang van het arrest schuilt met name in de criteria die de Hoge Raad noemt.[1]
Bronnen, noten en/of referenties |