U 384 (Kriegsmarine)

In maart 1943 nam de U-283 deel aan een grootschalige aanval van 41 Duitse onderzeeërs op twee geallieerde konvooien: HX-229 en SC-122 waar zo'n honderd schepen in meevoeren. De U-384 bracht hierbij het Britse stoomschip Coracero tot zinken op 18 maart. Op de volgende dag, 19 maart, sloeg het noodlot toe voor de U-384.

In een poging om nog een vrachtschip te treffen voer het schip op periscoopdiepte met de periscoop omhoog. Hierdoor was het zwarte silhouet van de onderzeeër goed zichtbaar voor de Britse B-17 Flying Fortress van Squadron 206/B. Hij dropte zijn bommen op de elf meter dieper varende onderzeeboot die hem fataal troffen. De bommen scheurden de drukhuid zodat de onderzeeër niet meer boven water kon komen. Hierdoor zonk de U-238 om naar de zeebodem. Hij was de enige onderzeeër die tijdens deze vijf-dagen durende grootscheepse konvooislag verloren ging.

De U-384 ging ten onder ten zuidwesten van IJsland, in positie 54°18' N. en 26°15' W. De 47-koppige bemanning en hun commandant Hans-Achim von Rosenberg-Gruszcynski kwamen daarbij om. De U-384 was amper drie maanden, vanaf 1 januari tot 19 maart 1943, in actieve dienst met voordien een trainingsperiode. Ze had in die korte tijd twee vrachtschepen tot zinken gebracht met een totale scheepsruimte van 13.407 brt. waaronder de Coracero.

In een onderzoek naar de ondergang van de U-283 in 1975 werd ten onrechte geconcludeerd dat een Sunderland van het RAF 201/T squadron de U-283 tot zinken had gebracht. In werkelijkheid was de aanval van de Sunderland gericht op de U-631, die er geen noemenswaardige schade door leed.

• Uboat.net: U-384
• Ubootwaffe.net: U-384