Tuinbouwschool Huis te Lande

Tuinbouwschool Huis te Lande in Rijswijk was de eerste en laatste tuinbouwschool voor meisjes in Nederland[1]. De school is ondergebracht in een villa aan de Huis te Landelaan/Van Vredenburchweg, die werd gebouwd in 1905-1908 naar een ontwerp van Jan Gratama (1877-1947) en Samuel de Clercq (1876-1962) en is een rijksmonument.

Tuinbouwschool Huis te Lande
Ingang villa aan de Van Vredenburchweg 150
Locatie
LocatieHuis te Landelaan, Rijswijk
Status en tijdlijn
Oorspr. functieWoonhuis
Huidig gebruikBewoond
Start bouw1905
Bouw gereed1908 (gevelsteen 1915)
Bouwinfo
ArchitectJ. Gratama en S. de Clercq
Erkenning
MonumentstatusRijksmonument
Monumentnummer518152
Portaal    Civiele techniek en bouwkunde

Geschiedenis

Leerkrachten en bestuur van de meisjes tuinbouwschool Huis te Lande. In het midden directrice mevr. Jacoba Hingst (circa 1935)

De oprichtster en directrice, mevrouw Jacoba Hingst, behoorde tot de aangetrouwde familie van Le Clercq. In het begin van de twintigste eeuw waren er weliswaar veel vrouwen werkzaam in de land- en tuinbouw, maar voor de opleidingen werden alleen jongens toegelaten.

Uit idealisme (zij was antroposofe) kocht Jacoba Hingst met haar eigen vermogen drie hectare land van de gemeente Rijswijk waarop ze een villa liet bouwen die als school moest dienen. Op het land werden broeikassen, schuren, een tuinmanswoning, een oranjerie met een groente- en vruchtenkelder en een druivenkas gebouwd. De school was bedoeld voor jongedames van de gegoede stand.[2] Het lesgeld bedroeg 300 gulden. Het eerste jaar waren er twee leerlingen, in 1915 elf. Met de invoering van de Mammoetwet (1968) nam het aantal leerlingen snel toe. Vanaf 1921 kreeg de school subsidie van ministerie van Landbouw, Nijverheid en Handel, het jaar daarna werden de salarissen door het ministerie gegarandeerd, en vanaf 1934 werd het diploma erkend.[3]

Met ingang van 1985 werden ook jongens toegelaten. Sinds 2000 behoort het tot het Welllant College.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.