Talen in België
Het Koninkrijk België heeft drie officiële talen. In volgorde van aantallen sprekers: Nederlands, Frans en Duits. Een aantal niet-officiële talen, of minderheidstalen, worden ook gesproken.
Officiële talen
Nederlands
Ongeveer 60% van de bevolking spreekt Nederlands als primaire taal. Het Nederlands, zoals dat in Nederland wordt gesproken, ook Noord-Nederlands genoemd, is sterk gerelateerd aan het Nederlands, zoals dat in Vlaanderen wordt gesproken, ook Vlaams of Zuid-Nederlands genoemd. Het Nederlands is de officiële taal van de Vlaamse Gemeenschap en van het Vlaams Gewest (samengegaan tot Vlaanderen) en samen met het Frans in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De belangrijkste dialecten die in België worden gesproken zijn: Brabants, West-Vlaams, Oost-Vlaams en het Limburgs. Het originele Brabantse dialect is sterk beïnvloed door het Frans. Dat is voornamelijk gebeurd tijdens de verfransing van Brussel. Ook in Oost-Vlaanderen en West-Vlaanderen is historische verfransing vaststelbaar.
Frans
De tweede meest gesproken taal is het Frans. Dit is de voertaal in de Franse Gemeenschap en het is de dominerende taal in Wallonië. Het Frans wordt ook gesproken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waar een deel het Frans heeft als moedertaal (50%) of als lingua franca (45%). Er zijn veel Vlamingen die het Frans spreken als tweede taal.
Duits
Het Duits is de kleinste taal van België. Het wordt maar door 0,7% van de gehele bevolking gesproken als moedertaal. Maar, de bewoners (76.300) van de Duitstalige Gemeenschap zijn voor 97% Duitstalig. Dit gebied werd door de Vrede van Versailles in 1919 toegekend aan België als compensatie voor het oorlogsleed in de Eerste Wereldoorlog.
Gebarentalen
België had vroeger één gebarentaal: de Belgische Gebarentaal. Door het federaliseringsproces is deze echter gesplitst in twee variëteiten: De Vlaamse Gebarentaal, gebruikt binnen de Vlaamse Gemeenschap en de Frans-Belgische Gebarentaal (ook weleens "Waalse Gebarentaal" genoemd), gebruikt binnen de Franse Gemeenschap. Beide gebarentalen zijn officieel erkend door hun respectievelijke gemeenschap, de Franse-Belgische sinds 2003, de Vlaamse sinds 2006.
De Duitstalige Gemeenschap heeft geen officieel erkende gebarentaal. Zowel de Frans-Belgische als de Duitse Gebarentaal worden gebruikt.[1]
Meertaligheid
In 2006 publiceerde de Université catholique de Louvain (in Louvain-la-Neuve, Waals-Brabant) een rapport waar in valt te lezen dat Vlamingen meer meertalig zijn dan de Walen. 59% van de Vlamingen spreekt Frans en nog eens 53% spreekt Engels. Dit tegen respectievelijk 19% Nederlands en 17% Engels in Wallonië. In Brussel zegt 95% Frans te kunnen spreken, 59% Nederlands en 41% Engels.
Lijst van alle talen naar percentage sprekers in België
Onderstaande lijst is op basis van het een onderzoek van ebs_243_en.pdf Eurostat (p241) uit 2005:
Taal | Percentage moedertaal | Percentage vreemde taal |
---|---|---|
Nederlands | 56 | 15 |
Frans | 38 | 48 |
Duits | 1 | 27 |
Spaans | 1 | 6 |
Italiaans | 2 | 3 |
Arabisch | 1 | 1 |
Pools | 1 | 0 |
Turks | 1 | 0 |
Engels | 0 | 59 |
Andere | 1 | 20 |
Geen vreemde taal | n.v.t. | 26 |
Zie ook
Lijsten van talen naar land of territorium |
---|
België · China · Comoren · Duitsland · Frankrijk · India · Indonesië· Israël · Luxemburg · Madagaskar · Mayotte · Namibië · Nederland · Réunion · Rusland · Spanje · Taiwan · Verenigde Staten · Zwitserland |
Bronnen, noten en/of referenties
|