Sweco Nederland

Sweco Nederland (voormalig Grontmij) is een van oorsprong Nederlands advies- en ingenieursbureau dat in 1913 werd opgericht. Het was in 2015 het op twee na grootste bedrijf op zijn gebied in Europa, met circa 7.000 werknemers en 300 kantoren verspreid in de regio en nog eens 50 elders in de wereld. In oktober 2015 heeft Sweco Grontmij overgenomen. Sedert 4 april 2016 gaat Grontmij verder onder de naam Sweco Nederland.

Sweco Nederland
Onderdeel vanSweco
Onderdeel sinds2015
Oprichting1915
HoofdkantoorDe Holle Bilt 22
3732 HM De Bilt
SleutelfigurenÅsa Bergman
Werknemers6020 (gemiddeld FTE, 2014)
Omzet€ 658,6 miljoen (2014)
Winst− € 20,6 miljoen (2014)
WebsiteSweco Nederland
Portaal    Economie
Advertentie voor Grontmij in de NRC van 8 juli 1916
Grontmij logo

Activiteiten

Sweco houdt zich in Nederland bezig met ingenieursadvies op het gebied van mobiliteit en infrastructuur, bouw en vastgoed, gebiedsontwikkeling, energie, water en industrie.

Geschiedenis

In 1913 richtte Doedo Veenhuizen, zoon van aardappelkweker Geert Veenhuizen, in Zwolle een onderneming op om boeren te helpen die kampten met wateroverlast, en om woeste gronden te ontginnen. In 1915 kreeg het bedrijf de naam Grontmij N.V. Deze naam was een afkorting van GRondverbetering en ONTginningMaatschappIJ. Doedo Veenhuizen was de eerste directeur. In die tijd had Grontmij 2 hoofdopzichters, 1 boekhouder, 8 opzichters, 4 werkbazen, 2 klerken, 2 avondklerken, 1 technisch ambtenaar, 1 snoeier, 1 adjunct opzichter en 10 ploegers in dienst. Grontmij had 23 ossen en 9 paarden in bezit voor het zware werk.

Grote werkloosheid in de jaren dertig bracht de overheid ertoe grote publieke werken uit te voeren. Om de eigen voedselproductie te stimuleren werden 'onnutte gronden' in cultuur gebracht. Grontmij speelde een rol bij de organisatie van het werk en was onder andere betrokken bij het in cultuur brengen van de Wieringermeer en de inrichting van de Noordoostpolder die in 1942 drooggevallen was. Na de watersnood van 1953 hielp het bedrijf bij herstelwerkzaamheden.

In 1954 verhuisde het hoofdkantoor van Grontmij van Zwolle naar Huize Houdringe in De Bilt. De invoering van de vrije zaterdag in 1960 en van de 40-urige werkweek leidden tot een grotere recreatiebehoefte. Grontmij was betrokken bij omvangrijke dagrecreatieprojecten. Daarnaast zorgde een sterk toegenomen mobiliteit voor een groei in de dienstverlening op het gebied van verkeer en infrastructuur.

In de jaren 1965-1975 werd Grontmij een internationaal advies- en ingenieursbureau met 1.300 medewerkers. Omdat de aandacht voor het leefmilieu groeide kreeg het bedrijf steeds meer opdrachten voor de aanleg van rioleringen en de bouw van rioolwaterzuiveringsinstallaties. Daarnaast startte men in de jaren 1975-1985 met advisering van de industriële sector, de inrichting van nieuwe stedelijke gebieden zoals Houten en Westervoort en met de ontwikkeling van dienstverlening op het gebied van energie en energieterugwinning.

In de jaren na 1995 werkte Grontmij onder andere aan de aanleg van de Betuweroute, die in 2007 in gebruik genomen werd.

Het bedrijf breidde na 1995 zijn activiteiten uit naar Duitsland, België en Polen. In 2006 nam Grontmij het van oorsprong Scandinavische ingenieursbureau Carl Bro over en in 2010 volgde de Franse Ginger Group en werd de activiteit Monitoring & Testing toegevoegd. Grontmij had ambitieuze groeiplannen bekendgemaakt en wilde de omzet jaarlijks met 10 tot 15% laten groeien tot ongeveer 1,4 miljard euro in 2015.[1] Met de overname van Ginger werd zo’n 260 miljoen euro aan omzet toegevoegd waarmee de helft van de groeidoelstelling al bereikt was.[1] Grontmij betaalt ongeveer 120 miljoen euro voor het Franse bedrijf dat zo’n 2600 medewerkers in dienst had.[1] Met de overname voegde Grontmij een nieuwe regio toe aan haar werkgebied dat zich tot nu toe over de Benelux, Scandinavië, Groot-Brittannië en Centraal- en Oost-Europa uitstrekte. De overname was geen succes en Grontmij kwam eind 2011 in financiële problemen. Het leed in 2011 en 2012 forse verliezen en in mei 2012 werd een claimemissie ter waarde van 80 miljoen euro noodzakelijk om het eigen vermogen te versterken.[2]

In juli 2013 verkocht Grontmij de Franse monitoring- en testingactiviteiten CEBTP aan een groep investeerders onder leiding van Siparex, een private equity investeerder.[3] De verkoop leverde Grontmij 71 miljoen euro op.[3] Bij CEBTP werken circa 1.000 mensen die een jaaromzet van 109,5 miljoen euro genereren. Met de verkoopopbrengst zijn schulden afgelost.[3]

Overname door Sweco en naamsverandering

Door de financiële problemen zocht Grontmij vanaf begin 2014 een strategische partner. Met succes want in juni 2015 maakt het Zweedse bedrijf Sweco bekend een bod van 354 miljoen te willen doen op alle aandelen Grontmij.[4] De belangrijkste bestuurorganen van Grontmij en de grootste aandeelhouders waren voorstander van de transactie. Sweco telde in 2014 9000 medewerkers en behaalde een omzet van 963 miljoen euro.[4] Beide bedrijven vulden elkaar geografisch goed aan, Sweco was vooral actief in Scandinavië en Grontmij in West-Europa, Turkije en China.[4] Door de combinatie ontstond het grootste ingenieurs- en adviesbureau in Europa met bijna 15.000 werknemers en een omzet van 1,7 miljard euro.[5]

Op 4 april 2016 verdween na 100 jaar de naam Grontmij Nederland. Vanaf dat moment werd er gewerkt onder de naam Sweco Nederland.[6]

Omzet- en winstgeschiedenis

In 2011 leed Grontmij een zwaar verlies. De slechte economische situatie leidde tot minder opdrachten van gemeenten, waterschappen, en dergelijke. Verder zijn vooral de activiteiten in Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk minder winstgevend en tot slot zijn er incidentele kosten voor herstructureringen, versnelde afschrijvingen op activa en goodwill en voor pensioenvoorzieningen en informatie technologie. In de drie opvolgende jaren is Grontmij er niet in geslaagd positieve resultaten te realiseren.

Jaar Omzet Resultaat
2005 € 435,187 miljoen € 13,229 miljoen
2006 € 533,876 miljoen € 22,053 miljoen
2007 € 768,011 miljoen € 32,720 miljoen
2008 € 846,223 miljoen € 38,770 miljoen
2009 € 799,800 miljoen € 20,409 miljoen
2010 € 921,685 miljoen € 17,252 miljoen
2011 € 933,508 miljoen − € 55,860 miljoen
2012 € 890,001 miljoen − € 31,428 miljoen
2013 € 763,400 miljoen − € 14,800 miljoen
2014 € 658,600 miljoen − € 20,600 miljoen
Zie de categorie Grontmij van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.