Straattaal

Straattaal, een vorm van jongerentaal, is de mengtaal die jongeren van verschillende culturele en sociale achtergronden in het dagelijks leven spreken op school en op straat, naast de standaardtaal van het land waar ze wonen.

Niet alle straattaalsprekers behoren tot dezelfde groep of subcultuur. Voor straattaal geldt dan ook, net als voor jongerentaal in het algemeen, dat ze niet toegeschreven kan worden aan een afgebakende groep jongeren.

Straattaal versus slang

Straattaal moet niet worden verward met het begrip slang, maar gebruikt ook wel woorden uit het Amerikaanse slang.[1]

De aanduiding straattaal wordt door Nederlandse taalkundigen in het bijzonder gebruikt voor de Nederlandse mengtaal die aan het eind van de 20e eeuw ontstond op plaatsen waar autochtone en relatief veel allochtone jongeren met elkaar samenleefden, een taalvorm die kan worden gezien als een nieuwe Nederlandse taalvariant. De taal ontstond door spontane communicatie onder met name allochtone jongeren die het Nederlands aanvankelijk gebrekkig spraken. Straattaal wordt licht denigrerend soms ook vergeleken met "smurfentaal".[2][3]

Straattaal versus etnolect

Straattaal is niet hetzelfde als een etnolect:

  1. Terwijl een etnolect een variant is van een bepaalde taal die beïnvloed is door één andere taal, is straattaal een mengvorm van een taal met woorden en uitdrukkingen uit verschillende andere talen.
  2. Terwijl een bepaald etnolect slechts gebruikt wordt door een bepaalde groep mensen met eenzelfde afkomst (een zogenaamde etnie), wordt straattaal gehanteerd door een kleine groep (vooral jongeren) van diverse afkomst.
  3. Nog een belangrijk verschil tussen straattaal en etnolect is het opnemen van allerlei Amerikaanse slangwoorden en -uitdrukkingen in straattaal ("chillen", "dope", "click", "moven", "check it!") die qua spelling en uitspraak vernederlandst worden, wat niet gebeurt in een etnolect.

Situatie in Nederland

In Nederland is de straattaal vaak een mengsel van Nederlands, Sranantongo, Papiaments, Turks en Marokkaans gemengd met Engelse woorden.[4]

In Amsterdam spreekt een aantal jongeren een eigen geheimtaal, de 'ish-taal',[5] Daarover is weinig bekend. De ish-taal vindt zijn oorsprong in de Spaarndammerbuurt in Amsterdam eind de jaren 90. Anno 2018 kun je deze 'geheime' taal in Amsterdam Westerpark nog steeds horen spreken. Ze was vooral bedoeld om de autoriteiten te slim af te zijn en werd vaak gebruikt in gesprekken met en tussen gedetineerden. Hierdoor wordt een Nederlandse zin compleet veranderd. Voor het ongetrainde oor is het volstrekt onverstaanbaar.

Situatie in Vlaanderen

In Vlaanderen is de Antwerpse straattaal een combinatie van het Antwerps dialect, Marokkaans, Berbers, Frans en het Amerikaanse Engels. Een opvallend verschil met de Nederlandse straattaal is dat de Vlaamse variant veel dichter aanleunt bij het lokale dialect. De bekendste Vlaamse straattaal is het Algemeen Cités, een straattaal die vooral in de oude mijnbouwstreken van Belgisch Limburg voorkomt, en afkomstig is uit het mengtaaltje dat gebruikt werd door mijnwerkers. De belangrijkste bronnen voor het Algemeen Cités zijn het Italiaans, het Grieks, het Spaans, het Frans en het Engels.[6] Heel wat woorden uit het Algemeen Cités hebben intussen ingang gevonden in de Vlaamse jongerentaal.

Sociale identiteit

Straattaal is niet alleen een manier van communiceren, het is ook een belangrijk onderdeel van het uitdrukking geven aan de sociale identiteit.

Sommigen vinden het gebruik van straattaal een teken van verpaupering van het taalvermogen en infantilisering van de cultuur. Anderen vinden het een natuurlijke en waardevolle ontwikkeling die bijdraagt aan de interculturele communicatie en de ontwikkeling van jongeren. Taalkundigen discussiëren geregeld over de precieze waarde en betekenis van straattaal. Uit onderzoek van René Appel (1999) is gebleken dat het gebruik van straattaal positief gerelateerd is aan de beheersing van het Nederlands: jongeren die het Nederlands niet goed beheersen, gebruiken minder straattaal dan jongeren van wie die beheersing goed is.[7] In tegenspraak daarmee is gebleken dat juist in een sociale omgeving van lager opgeleiden meer straattaal wordt gebruikt. Zo wordt er duidelijk meer straattaal gebruikt in de achterstandsbuurten van Rotterdam, dan in meer welvarende wijken van deze stad.

Het is nooit de bedoeling geweest vaste regels te hebben in de straattaal. Vaak zijn er geografische verschillen in betekenis, maar van tijd tot tijd maken die een grote verandering door.

Straattaal komt overigens niet alleen tot uitdrukking in het gesproken taalgebruik van de jongeren, maar ook in tags (graffiti) en rapmuziek.

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.