Stedenboek Frederik de Wit

Het Stedenboek Frederik de Wit, in die tijd Perfecte aftekeningen der steden van de XVII Nederlandsche provincien in platte gronden genoemd, werd omstreeks 1698 in Amsterdam uitgebracht en is samengesteld door de uitgever Frederik de Wit.

Deventer uit het Stedenboek van 1698

In 1648 opende Frederik de Wit in Amsterdam zijn bedrijf onder de naam "De Witte Pascaert", tevens de naam van zijn huis in de Kalverstraat. Door zijn huwelijk met Maria van der Way in 1661 kreeg hij het poorterschap van Amsterdam en kon hij lid worden van het boekverkopersgilde St. Lucas.

In deze stedenatlassen (of stedenboeken) zijn plattegronden opgenomen van belangrijke steden uit die tijd. Dergelijke boeken werden uitgegeven door de grote atlas-uitgevers, in Nederland bijvoorbeeld door Joan Blaeu, Covens en Mortier en Johannes Janssonius. In Duitsland verscheen een soortgelijk werk gemaakt door Braun en Hogenberg. Zowel platen van Blaeu als van Janssonius werden door De Wit gebruikt maar hij bracht wel verbeteringen aan op de plattegronden. Frederick de Wit verwerkte in het verworven exemplaar 112 bladen plattegronden en 11 bladen met gravures van de 151 steden uit de Lage Landen.

In oktober 2010 verwierf de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag een van de vier bekende exemplaren van het Stedenboek[1]. De cartografische collectie van de Koninklijke Bibliotheek bevat ongeveer 350 oude atlassen en ca. 2500 kaarten.

Literatuur

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.