Staelduinse Bos

Het Staelduinse Bos is een langgerekt bos van 95 hectare in het Westland tussen Hoek van Holland en Maasdijk en is een onderdeel van de Kapittelduinen.

Staelduinse Bos in september 2010

De hoofdingang is aan de Papedijk (in 's-Gravenzande) die overgaat in de Oude Hooislag: een pad door de langgerekte strook bos. De Papedijk scheidt de strook en een tuinbouwgebied. Een zij-ingang bevindt zich aan de Staelduinlaan, een zijweg van de Maasdijk.

Geschiedenis en naamgeving

Oorspronkelijk bestond dit gebied uit estuariumduinen. Deze duinen waren deel van een zogenaamde haakwal (een rij duinen die loodrecht op de kust stonden). In deze duinen woonden oorspronkelijk vissers in hutten. Deze 'staelvissers' visten op zalm in de Maas met netten en fuiken, bevestigd aan staken of 'staelen', de naam "Staelduinse Bos" zou hier aan ontleend zijn.

Het Staelduinse Bos is na 1850 aangeplant in opdracht van de toenmalige eigenaar, Jacobus Josephus baron van Rijckevorsel (1785-1862), die het bos na zijn huwelijk in eigendom kreeg; hij trouwde in 1814 in tweede echt met Hendrica Petronella Veronica van Oosthuyse (1793-1829), dochter van fabrikant Petrus Judocus van Oosthuyse (1763-1818) die het terrein in 1807 had aangeschaft. Van Rijckevorsel liet een deel van de duinen afgraven. Langs de Rijckevorsellaan bevinden zich arbeidershuizen. Er is een sluis in de Maasdijk voor afwatering. Van Van Rijckevorsels oorspronkelijke aanplantingen is vrijwel niets meer over. De oude structuur is rudimentair aanwezig.

Vleermuizen

In het Staelduinse Bos ligt een oud bunkercomplex dat deel was van Festung Hoek van Holland, onderdeel van de Atlantikwall. Tevens zijn hier en daar betonnen platen te zien. Dit zijn overblijfselen van munitieloodsen. Het bunkercomplex heeft door de dikke muren een vrij constante luchtvochtigheidsgraad en temperatuur. Het is daardoor een populaire woonplaats voor vleermuizen geworden. Dit gebied van het Staelduinse Bos is dan ook een vleermuisreservaat. In dit reservaat overwinteren een aantal soorten in winterslaap. Tevens plant ten minste een soort zich hier voort. Er zijn verschillende meningen over het aantal soorten dat voorkomt maar het zijn er waarschijnlijk 5 of 6. In ieder geval komen grootoorvleermuizen (die de bunkers als kraamkamer gebruiken), meervleermuizen en watervleermuizen voor.

Dit gedeelte van het bos is tientallen jaren voor het publiek gesloten geweest, waardoor de natuur zich ongestoord kon ontwikkelen. Het bos wordt natuurlijk beheerd en is een belangrijk broedgebied voor zangvogels. Ook komen veel zwammen voor in dit natte bos, met name de grote stinkzwam.

Eigendom

Sinds 1987 is het hele Staelduinse Bos in beheer bij de stichting het Zuid-Hollands Landschap. In het bos is het bezoekerscentrum dĀ“Oude Koestal gevestigd, waar informatie over de natuur in dit gebied is te vinden. Het bezoekerscentrum wordt beheerd door de vrijwilligers van de vereniging "Vrienden van het Staelduinse Bos".

Overige bezienswaardigheden

Aan de rand van het Staelduinse Bos staat de Nieuwlandse Molen, een achtkantige watermolen uit 1584.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.