Schaal (verhouding)
In de techniek, de cartografie, de fotografie en de modelbouw verstaat men onder de schaal van een model of afbeelding van een object de verhouding tussen de afmetingen van het model of de afbeelding en de overeenkomstige werkelijke afmetingen van het originele object. Zo betekent voor een landkaart op een schaal van 1:25.000 dat 1 cm op de kaart overeenkomt met 25.000 cm = 250 m in werkelijkheid.
De schaal is de vergrotingsfactor, dus groter dan 1 bij een vergroting, 1 bij ware grootte, en tussen 0 en 1 bij een verkleining. De schaal wordt vaak geschreven als breuk met ":" als delingssymbool. Als het model 10 maal zo klein is als het origineel, is de vergrotingsfactor 0,1, of anders geschreven 1 : 10 (uitgesproken als: een op tien). Dit geeft dus aan dat 1 cm van het model 10 cm van het origineel betreft. Het omgekeerde van de vergrotingsfactor wordt het schaalgetal genoemd, in dit voorbeeld is het schaalgetal dus 10. Een kleine schaal (en dus een groot schaalgetal) geeft een sterke verkleining weer van het origineel. Bij een vergroting is het schaalgetal kleiner dan 1, bijvoorbeeld 0,25. Men schrijft dan 4 : 1. Samenvattend:
- schaal 1 : 1 betekent ware grootte
- schaal 1 : X betekent dat verkleind is afgebeeld
- schaal X : 1 betekent dat vergroot is afgebeeld
- met X > 1
Voor technische tekeningen geeft de norm ISO 5455 regels voor de schaal van tekeningen.
Zie ook
- kaartschaal, het gebruik van een schaal bij kaarten
- maquette, het gebruik van een schaal bij het modelleren van gebouwen
- lijst van modelspoorschalen, overzicht van schalen gebruikt bij spoorwegmodelbouw
- lijst van modelautoschalen, overzicht van schalen gebruikt bij modelauto's
- Verschalen (meetkunde)