Ptychozoon kuhli

Ptychozoon kuhli is een van de acht soorten vliegende gekko's,[1] hagedissen uit de infraorde gekko's (Gekkota) en de familie Gekkonidae.[2]

Ptychozoon kuhli
IUCN-status: Niet geëvalueerd
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Orde:Squamata (Schubreptielen)
Onderorde:Lacertilia (Hagedissen)
Infraorde:Gekkota (Gekko's)
Familie:Gekkonidae
Geslacht:Ptychozoon
Soort
Ptychozoon kuhli
Stejneger, 1902
Afbeeldingen op Wikimedia Commons
Ptychozoon kuhli op Wikispecies
Portaal    Biologie
Herpetologie

Nomenclatorische geschiedenis

De soort werd in 1809 benoemd door Creveldt als Lacerta homalocephala, een naam die, zoals later bleek, al bezet was door Lacerta homalocephala Suchow, 1798. De soort werd in 1836 nog wel als Platydactylus homalocephalus in het geslacht Platydactylus geplaatst, en in 1864 als Ptychozoon homalocephalum in het geslacht Ptychozoon, voordat Leonhard Hess Stejneger er in 1902 het nomen novum Ptychozoon kuhli voor publiceerde. In de naam wordt Heinrich Kuhl, de naamgever van het geslacht Ptychozoon, herdacht.

Uiterlijke kenmerken

Er zijn inmiddels acht soorten benoemd in het geslacht Ptychozoon, en ze zien er allemaal iets anders uit maar deze soort wordt het grootst. De vliegende gekko kan een lichaamslengte tot 16 centimeter bereiken inclusief de staart die ongeveer de helft beslaat.[3] De kleur is meestal lichtbruin, soms wat donkerder. Zoals vele nachtactieve gekko's kan deze soort vrij sterk van kleur en tint veranderen, andere kleuren dan donkerbruin tot zeer lichtbruin komen niet voor. De gekko ziet er bizar uit door de huidflappen langs het lichaam, inclusief de poten en staart. Tussen de tenen zijn grote vliezen aanwezig. De relatief grote huidflappen dienen in de eerste plaats voor de camouflage, waardoor veel predatoren het dier over het hoofd zien.[1] Het lichaam van de gekko lijkt door de ovalere vorm van de huidflappen totaal niet meer op dat van een hagedis. De huidflappen worden echter ook gebruikt om mee te 'vliegen'.

Zweefvermogen

Net als de vliegende kikkers (geslacht Rhacophorus) kan de vliegende gekko niet echt vliegen maar na een val of sprong kan een stukje omlaag gezweefd worden, de richting kan enigszins worden bepaald met de poten en staart. Deze staart lijkt gesegmenteerd; huidflappen overlappen elkaar sterk en aan de zijkanten zitten kleine ronde uitstekende flapjes die de staart een gekarteld uiterlijk geven. Zweven doet de vliegende gekko alleen bij gevaar.

Levenswijze

Het voedsel bestaat uit insecten waar de gekko 's nachts op jaagt en de soort komt voor in zuidoostelijk Azië tot in Indonesië en Kalimantan. De vliegende gekko leeft in warme en vochtige, bosachtige gebieden en klimt over takken en langs de stammen van bomen bij het zoeken naar voedsel. De eitjes worden meestal per twee afgezet en worden aan takken vastgeplakt.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.