Pianoconcert nr. 2 (Prokofjev)

Sergej Prokofjev begon met het schrijven van zijn Pianoconcert nr. 2 in g mineur, opus 16 in het jaar 1912 en voltooide het werk in het jaar daarop.

Pianoconcert nr. 2
ComponistSergej Prokofjev
Soort compositiepianoconcert
Gecomponeerd voorpiano begeleid door orkest
Toonsoortg mineur
Opusnummer16
Compositiedatum1912-1913, 1923
Première1e versie: 23 augustus 1913

2e versie: 5 mei 1924

Opgedragen aanMaks Schmidthof
Duur27-39 minuten
Vorige werkBallade voor cello en piano, op. 15
Volgende werkSarkasmen", 5 stukken voor piano op. 17
OeuvreOeuvre van Sergej Prokofjev
Portaal    Klassieke muziek

Geschiedenis

Het tweede pianoconcert ging in première te Pavlovsk op 23 augustus 1913. Prokofjev bespeelde daarbij zelf de piano. Het werk werd niet snel vergeten door het publiek. De meer progressieve liefhebber van muziek was zeer te spreken over het concert, terwijl de conservatievere muziekliefhebbers (denk bijvoorbeeld aan liefhebbers van de muziek van Mozart) bevreesd waren voor de moderne klanken. Zij hadden het idee eerder naar chaos te luisteren dan naar een welluidend pianoconcert of hadden het idee dat Prokofjev de spot met ze dreef. Toen het werk nog niet voltooid was liet Prokofjev passages horen aan de componist Nikolaj Mjaskovski. Prokofjev geeft in zijn dagboek te kennen dat Mjaskovski het werk goed vond. Heden ten dage wordt Prokofjev's tweede pianoconcert als een meesterwerk beschouwd.

Prokofjev droeg het werk op ter nagedachtenis aan Maks Schmidthof, een bevriende pianist die later zelfmoord pleegde. Tijdens het schrijven van het concert werkte Prokofjev ook aan het ballet Ala i Lolli, dat nooit zou worden gepubliceerd. De oorspronkelijke orkestpartituur van dit ballet werd vernietigd in een brand. Prokofjev reconstrueerde deze compositie in 1923. Prokofjev was van mening dat de tweede orkestratie aanzienlijk anders is dan de oorspronkelijke. Of Prokofjev het ook beter vond, is niet bekend.

Premières

  • Eerste versie: 23 augustus 1913 te Pavlovsk. Prokofjev speelde zelf piano Alexander Aslanov dirigeerde.
  • Tweede versie: 5 mei 1924 te Parijs. Prokofjev speelde eveneens zelf piano. Sergej Koesevitski dirigeerde.

Indeling

Het werk bestaat uit vier delen:

  1. Andantino-Allegretto
  2. Scherzo: Vivace
  3. Intermezzo: Allegro moderato
  4. Allegro tempestoso

Het concert opent met een lyrisch en golvend andantino waarin de invloed van de werken van Sergej Rachmaninov te bespeuren is. Het andantino bevat een vijf minuten lange cadens voor de piano.

Het Scherzo in d mineur is een pianotechnische uitdaging door het unisono-tapijt van zestiende noten, dat gedurende het hele deel wordt vastgehouden. Het derde deel is weer geschreven in g mineur. Het is een ironische mars die opent met veel blazersgeweld. De virtuoze finale, allegro tempestoso, herinnert aan het thema uit het eerste deel. Het tweede thema uit de finale heeft een duidelijk Russisch karakter. Daarnaast bevat de finale een lange cadens. De tijdsduur verschilt, afhankelijk van de uitvoering, aanzienlijk: de uitersten bedragen 27 respectievelijk 39 minuten.

Gebruikte bronnen

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.