Openbare zeden

Openbare zeden, openbare zedelijkheid en openbare zedenschennis zijn (letterlijk of in de volksmond) begrippen uit het strafrecht. Niet alles wat indruist tegen de goede zeden is noodzakelijk strafbaar. Dat is vaak alleen het geval wanneer dat een openbaar karakter krijgt. Bovendien is het een erg vaag begrip: mensen zijn het verre van eens over wat zedelijk verantwoord is en wat niet. Het begrip verandert ook in de tijd: wat twintig jaar geleden als onzedelijk bevonden werd, is dat nu niet noodzakelijk meer zo; het omgekeerde is ook mogelijk.

Openbare zedelijkheid in Nederland

Artikel 239 van het Wetboek van Strafrecht (in titel XIV, misdrijven tegen de zeden) luidt:

Met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie wordt gestraft schennis van de eerbaarheid:

  1. op of aan een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd;
  2. op een andere dan onder 1° bedoelde openbare plaats, toegankelijk voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar;
  3. op een niet openbare plaats, indien een ander daarbij zijns ondanks tegenwoordig is.

In juridisch jargon wordt dit kortweg schennis genoemd.

Nudisme valt hier niet onder, zie wetgeving ongekleed zijn.[1]

In artikel 244 van het Wetboek van Strafrecht BES wordt schennis van de eerbaarheid op dezelfde wijze omschreven maar is de maximumstraf hoger: een jaar gevangenisstraf of een geldboete van de derde categorie.

Openbare zedelijkheid in België

Naast openbare veiligheid, openbare orde en openbare trouw is openbare zedelijkheid de vierde openbare norm of waarde die door Belgische strafwetboek beschermd wordt. Het is een erg vaag begrip waarvan de beoordeling aan de rechter wordt overgelaten, en zich richt naar regels die op een gegeven tijdstip door het collectief geweten worden aangevoeld. Het wordt in één adem genoemd met de orde der familie. In de ruime betekenis van het woord, zijn de volgende misdrijven openbaar onzedelijk: vruchtafdrijving, verhinderen of vernietigen van de burgerlijke staat van kinderen, aanranding van de eerbaarheid en verkrachting, bederf van de jeugd en prostitutie, openbare zedenschennis, dubbel huwelijk en familieverlating. Overspel is in 1987 uit het strafwetboek geschrapt.

Deze opsomming toont ook aan dat de wetgever nog iets zeer specifieks als openbare schennis van de goede zeden wil aanwijzen. Uit de artikelen 383 en volgende blijkt dat daarbij in de eerste plaats gedacht wordt aan oneerbare liederen, prenten, vlugschriften en voorwerpen die strijdig zijn met de goede zeden. Het verspreiden van die dingen kan tot zes maanden gevangenisstraf opleveren; het maken tot één jaar. Daarnaast spreekt de wet ook van handelingen in het openbaar die de eerbaarheid kwetsen. Verdere invulling wordt aan de rechter overgelaten die ook de omstandigheden moet beoordelen.

De Brugse correctionele rechter heeft op 19 februari 2008 opschorting van straf uitgesproken voor openbare zedenschennis, terwijl het twee mannen hebben toegegeven dat ze fellatio bedreven in de duinen aan het naaktstrand in Bredene. Hierdoor zijn zij niet gestraft.

Als er minderjarigen bij betrokken worden is de wetgever veel strenger: tot twee jaar gevangenisstraf. Van een heel andere orde is pornografie met minderjarigen. Het organiseren daarvan kan vijftien jaar kosten, het vertonen of verspreiden tien jaar, zelfs het louter bezit van dit soort zaken kan een jaar gevangenis kosten.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.