Louis de Geer (ondernemer)

Louis de Geer (Luik, 17 november 1587Amsterdam, 19 juni 1652) was de grote kanonnenproducent voor de protestantse zaak in Duitsland, maar ook voor de Nederlandse admiraliteit en de VOC en WIC. Hij introduceerde de Waalse hoogoven in Zweden en bouwde in dat land het eerste grootschalige bedrijvencomplex op. Hij was een zwager van Pieter Corneliszoon Hooft en Jacob en Elias Trip. De adellijke familie De Geer was en is vooraanstaand in zowel Nederland als Zweden. Twee afstammelingen waren premier van Zweden, een afstammeling was premier van Nederland, ook programmamaker Ursul de Geer is een afstammeling.

Louis de Geer door David Beck
Gravure door Jeremias Falck
Het woonhuis van Louis de Geer in Stockholm

Biografie

Louis de Geer was afkomstig uit Luik, vanouds een centrum voor ijzerertswinning. Zijn exacte geboortedatum is niet bekend. Hij werd gedoopt op 17 november 1587, en moet kort daarvoor geboren zijn. Het stamslot van zijn familie stond in Geer (België). Hij was nog geen tien jaar oud toen zijn vader naar Dordrecht verhuisde. Nadat zijn vader overleden was werd hij als vijftienjarige naar La Rochelle gestuurd om daar het vak van koperslager te leren. Drie jaar later, in 1605, keerde hij terug in Dordrecht. Hij trouwde daar met Adrienne Gérard, die ook tot de plaatselijke Luikse gemeenschap behoorde.

Als rijke bankier en industrieel kwam hij naar Amsterdam (1615). In 1615 voerde hij, met toestemming van de Staten-Generaal, 400 kanonnen en kogels in ten behoeve van de admiraliteiten en dreef nadien nog een uitgebreide handel in krijgsbehoeften.[1] Een dergelijke uitgebreide handel werd ook gedreven door zijn zwager, Elias Trip, eveneens gevestigd in Amsterdam.

Het uitbreken van de Dertigjarige Oorlog in 1618 en het hervatten van de opstand in 1621 deden de vraag naar wapens toenemen en joegen de prijzen omhoog. Al in 1618 leverde hij wapens aan Gustaaf II Adolf van Zweden en in 1623 had hij zich ingekocht in een Zweedse handelscompagnie (misschien met behulp van Jan Rutgers, eveneens afkomstig uit Dordrecht).

In 1627 emigreerde De Geer naar Zweden, voornamelijk om de lasten van de tol in de Sont te omzeilen. Louis verkreeg van de Zweedse koning het monopolie op de koper- en ijzerhandel en werkte zo goed en kwaad als het ging samen met de familie Trip en De Besche. In 1634 kocht hij het Huis met de Hoofden op de Keizersgracht, inclusief de schilderijen en de bloembollen. In deze periode vormde dit huis ook een gastvrij ontmoetingspunt van vrijdenkers die in het tolerante Amsterdam een veilige haven vonden. Zowel vader Louis als zoon Laurens de Geer ondersteunden studie en publicaties van dissidente schrijvers en filosofen. Zo realiseerden zij in hun huis een veelzijdige bibliotheek, onder meer ten behoeve van het werk van Comenius.

Zijn vrouw stierf na de geboorte van het zestiende kind. In 1638 leidde hij Karel X Gustaaf van Zweden in Amsterdam rond.

De Geer trok in 1640 opnieuw naar Zweden en werd in het daaropvolgende jaar in de adelstand verheven. De titel stelde hem in staat driekwart van de gepachte landerijen te kopen. Toen was hij heer van Österby, etc. in Uppland, een mijnbouwgebied ten noorden van Stockholm. Zijn huis in Stockholm is tegenwoordig de Nederlandse ambassade.

De Geer reisde in opdracht van Axel Oxenstierna naar Amsterdam om steun te verwerven bij een oorlog tegen Denemarken. De Geer leverde in 1644 een complete marine, 32 schepen met zeelieden, wapentuig en officieren, zodat Fehmarn door de Zweden kon worden bezet. De Geer bekostigde een deel van de expeditie zelf, want ook Denemarken wierf wapens, schepen en manschappen in de Republiek. Ten slotte wordt De Geer ook genoemd als stichter van de Zweedse Afrikacompagnie. De oprichting leidde tot een rel in Amsterdam (1649). Tijdens zijn laatste reis naar Zweden werd Louis de Geer ziek en keerde terug naar Amsterdam.

Laurens de Geer was in 1657 betrokken bij de slavenhandel van Guinee op Curaçao, samen met Philip van Hulten.[2] De familie De Geer bewoonde het kasteel te Finspång. In 1662 kwam plotseling een einde aan de suprematie van het Hollandse kapitaal in de Zweedse mijnbouw en metaalindustrie. De bibliotheek van De Geer is nog intact en staat in de Zweedse stad Norrköping.[3]

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.