Knoopsgatversiering

Een knoopsgatversiering of "lintje" is een op de revers van een jas gedragen aanduiding van het bezit van een onderscheiding. De knoopsgatsversieringen kunnen allerlei vormen aannemen.

Geschiedenis

In het leger is het al sinds het midden van de 19e eeuw gebruikelijk om met een baton, een langwerpig stukje materiaal dat met de stof van een onderscheiding of ridderorde overtrokken is en op een uniform wordt gedragen, het bezit van een onderscheiding aan te duiden. Tot in de 18e eeuw werden ridderorden dagelijks gedragen, men droeg dus de kruisen van de orde aan hun linten "en sautoir" om de hals, aan een lintje in het knoopsgat of aan een grootlint over de schouder op de heup. In de napoleontische tijd ziet men de herenkleding soberder worden. De heren droegen nu, in uniform of op hun geklede jas, ook wel een klein lint of een rozet in de kleur van de onderscheiding. Dit waren de eerste knoopsgatversieringen en daaruit is ook het gebruik ontstaan om batons te dragen.

Kruisen van ridderorden zijn bedekt met email, in feite een gesmolten gekleurd glas op een ondergrond van metaal. Dit email slijt en krast snel en het kan niet tegen stoten. Oude ridderkruisen hebben dan ook vaak email dat gescheurd is en waaraan splinters ontbreken. Ook de gouden balletjes die op de punten van veel kruisen zijn aangebracht raakten vaak zoek. Het repareren en vervangen van de kleinoden was een kostbare zaak. Ook dit was een reden om een minder kostbare knoopsgatversiering te dragen.

In het begin van de 19e eeuw zag men agrafen met meerdere onderscheidingen op de revers en er werden ook grote rozetten met de kleuren van soms wel acht onderscheidingen gemaakt en gedragen.

In de late 19e eeuw ontstond de gewoonte om op de knoopsgatsversieringen met kleine stukjes goud- of zilvergalon en rozetten de rang in een orde aan te geven. De democratisering van de maatschappij bracht met zich mee dat er veel meer onderscheidingen werden verleend, zij waren niet meer het privilege van de adel. De batons boden de mogelijkheid om al deze medailles en kruisen zo niet dagelijks te dragen, maar toch met het bezit te pronken.

In veel landen kent men de gewoonte om knoopsgatsinsigne te dragen. Tot voor kort was het Verenigd Koninkrijk een uitzondering op deze regel, maar de Orde van het Britse Rijk kreeg in december 1996 een rozet voor alle vijf rangen én de medaille. Er zijn ook andere uitzonderingen. Sommige Orden van de Sovjet-Unie werden altijd als model-versiersel, dat wil zeggen zoals ze verleend zijn, gedragen. Dat gold tot voor kort ook min of meer voor de Nederlandse "medaille voor Langdurige, Eerlijke en Trouwe Dienst als onderofficier". Deze medaille werd altijd aan het lint gedragen. Een baton of knoopsgatversiersel was niet toegestaan. Onderofficieren droegen daarom miniaturen op hun uniformen.

In Frankrijk dragen de ridders en dragers van een aantal kruisen en medailles een geborduurd streepje in de passende kleur op de rand van hun revers. De hogere rangen dragen rozetten en rozetten op goud- of zilvergallon. Het is in Frankrijk strafbaar om een lintje of knoopsgatversiering dat rood is, of grotendeels rood, te dragen. Dat zou dan immers op het Legioen van Eer lijken.

Ridders in de Orde van het Gulden Vlies en ridders in de Orde van Malta dragen ook wel een kleine uitvoering van hun onderscheiding in het knoopsgat.

Het is niet gebruikelijk om een baton op burgerkleding te dragen; dan wordt een strikje of rozet passender geacht.

Soms draagt men liever een klein kruis of een ster als knoopsgatversiering. Dat ziet men soms bij de Orde van Malta. In Thailand wordt door leden van de koninklijke familie en enkele uitverkoren onderdanen een knoopsgatversiering in de vorm van een gouden schijf met de "negen edelstenen", teken van het bezit van de Oude en Meest Gelukbrengende Orde van de Negen Edelstenen, en tegelijk als een krachtig amulet, gedragen.

Knoopsgatversiering in Nederland en België

De Nederlandse en Belgische regeringen hebben nooit veel prioriteit gegeven aan het opsporen van ongeoorloofde onderscheidingen. Het was in het leger wel goed mogelijk om bevelvoerende officieren toe te laten zien op de draagwijze van medailles en batons maar in de burgermaatschappij is dat moeilijk te realiseren. Toch is het eenmaal tot een vervolging en veroordeling gekomen: op 18 november 1846 heeft een luimige Amsterdammer daar het variété bezocht met de knoopsgatversiering van de Nederlandse Leeuw.

De rechter oordeelde dat niet alleen het onbevoegd dragen van een ereteken strafbaar was, maar dat ook het onbevoegd dragen van "elk uiterlijk teken van beloning" strafbaar was en dat "uit de algemeenheid der wet" voortkwam dat het er niet toe deed of het om een lint of een modelversiersel ging. Het grapje kwam de "ridder" op acht dagen hechtenis te staan.

Het merkwaardige vonnis werd door gezaghebbende juristen later (waaronder Noyon) verworpen. Alleen het onbevoegd dragen van kruis en lint van een ridderorde was strafbaar. De huisorden worden niet door de wet beschermd.

Direct na de abdicatie van zijn moeder legde de nieuwe koning het, oude en dus niet volgens het in 2013 voorgeschreven model opgemaakte, knoopsgatversiering van de Orde van de Nederlandse Leeuw af. Hij verscheen als koning op het balkon met in het knoopsgat van zijn jacquet het courante en voorgeschreven knoopgatsversiersel van een ridder-grootkruis in de Militaire Willems-Orde. Zo trad hij voor het eerst op als grootmeester van de Militaire Willems-Orde.

Knoopsgatversieringen en de Nederlandse wet

Artikel 435 Wetboek van Strafrecht stelt dat:

Hij die zonder daartoe gerechtigd te zijn een Nederlandse adellijke titel voert of een Nederlands ordeteken draagt met geldboete van de tweede categorie wordt gestraft.

Het "Reglement op de Orde van de Nederlandse Leeuw en de Orde van Oranje-Nassau" van 10 mei 1995 stelt:

Artikel 3: In de artikelen 4 en 5 worden onder versiersel en lint verstaan het versiersel en het lint, zoals omschreven in de wetten houdende instelling van de Orde van de Nederlandse Leeuw en de Orde van Oranje-Nassau.
Artikel 4:De uit te reiken onderscheidingstekens zijn voor de onderscheiden graden van Ridder: het versiersel waarvan het kruis een diameter heeft van 46 millimeter, hangende aan het lint, dat op borsthoogte wordt gedragen op de linkerzijde van de kleding. Het lint voor mannen is 37 millimeter breed. Het lint voor vrouwen is 27 millimeter breed en is opgemaakt in de vorm van een strik; 2°. het draagteken, opgemaakt in de vorm van een strik. Het wordt gedragen in plaats van het onder 1° genoemde onderscheidingsteken.

De volgorde waarin lintjes werden gedragen berustte tot 2002 op traditie. In dat jaar verscheen de draagvolgorde van de Nederlandse onderscheidingen in de Staatscourant.

De kleurige lintjes van België

Ook in België is het onbevoegd dragen van linten soms strafbaar.

Frankrijk

Omdat men in Frankrijk geen knoopsgatversiering mag dragen dat rood of grotendeels rood is en niet verbonden is aan het Franse Legioen van Eer is het dragen van het rozet van een aantal ridderorden in Frankrijk strafbaar.

Sleutel van de afbeelding op deze pagina

Bovenaan een Frans gesp of agrafe uit 1815. Hierop is de "Orde van de Lelies" bevestigd, maar er is plaats voor meerdere eretekens in miniatuur.

De door de Nederlandse kanselarij voor de ridderorden voorgeschreven modelknoopgatsversierselen:

  • A. Lid in de Orde van Oranje-Nassau
  • B. Ridder in de Orde van Oranje-Nassau
  • C. Officier in de Orde van Oranje-Nassau
  • D. Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw
  • E. Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau
  • F. Grootofficier in de Orde van Oranje-Nassau
  • G. Commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw
  • H. Grootkruis in de Orde van Oranje-Nassau
  • I. Grootkruis in de Orde van de Nederlandse Leeuw

Oudere uitvoeringen van knoopgatsversierselen waren niet officieel vastgesteld. Iedere juwelier kon naar hartenlust op het thema variëren en er ontstonden talloze combinaties.

  • 1. Ridder in de Orde van Oranje-Nassau
  • 2. Officier in de Orde van Oranje-Nassau
  • 3. Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw
  • 4. Commandeur in de Orde van Oranje Nassau
  • 5. Grootofficier in de Orde van Oranje-Nassau
  • 6. Commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw
  • 7. Grootkruis in de Orde van Oranje-Nassau
  • 8. Grootkruis in de Orde van de Nederlandse Leeuw
  • 9. Ridder in de Militaire Willems-Orde
  • 10. Officier in de Militaire Willems-Orde
  • 11. Commandeur in de Militaire Willems-Orde
  • 12. Grootkruis in de Militaire Willems-Orde

Het kapittel van de Nederlandse ridderorden zag het niet graag, maar het was gebruikelijk om linten en rozetten van onderscheidingen naar eigen inzicht te combineren. Enkele voorbeelden:

  • 13. De Militaire Willems-Orde, de orde van de Nederlandse Leeuw en de Orde van Oranje-Nassau
  • 14. Grootofficier in de Orde van Oranje-Nassau en Ridder in de Orde van de Nederlandse-Leeuw
  • 15. Officier in de Orde van Oranje-Nassau en Ridder in de Orde van de Nederlandse-Leeuw

Deze laatste, vrij veel voorkomende combinatie, wordt door velen wél acceptabel geacht.

  • 16. Ridder in de Huisorde van Oranje, Ridder in de Orde van de Nederlandse-Leeuw en Grootofficier in de Orde van Oranje-Nassau

Het dragen van combinaties van Nederlandse en Buitenlandse onderscheidingen werd in etiquetteboeken altijd streng ontraden maar kwam desondanks geregeld voor.

  • 17. Ridder in de Orde van de Finse Leeuw, Ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw en Officier in de Orde van Oranje-Nassau
  • 18. Voorbeeld van een groot negentiende-eeuws rozet met linten van meerdere onderscheidingen.

Zie ook

  • De Lijst van Nederlandse onderscheidingen
  • Wet instelling van de Orde van Oranje-Nassau op
  • Reglement op de Orde van de Nederlandse Leeuw en de Orde van Oranje-Nassau op
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.