Kindgebonden budget

Het kindgebonden budget (kgb), een inkomensafhankelijke toeslag, is een Nederlandse tegemoetkoming in de kosten voor kinderen. Het kindgebonden budget wordt betaald door de afdeling Toeslagen van de Belastingdienst, en is geregeld in de Wet op het kindgebonden budget, artikel 2, tweede lid, aanhef en onder a. Ouders ontvangen het kgb naast de kinderbijslag. Uit jurisprudentie van de Raad van State blijkt dat de verstrekking van toeslagen, waaronder het kindgebonden budget, niet strekt tot waarborgen van het bestaansminimum. Toeslagen behoren niet tot de sociale voorzieningen die tot doel hebben te verhinderen dat gezinnen met kinderen onder het bestaansminimum leven.

Recht op kindgebonden budget bestaat wanneer:

  • Ouder(s) één of meer kinderen hebben die jonger zijn dan 18 jaar;
  • De ouder(s) kinderbijslag ontvangen of voor kinderen van 16 of 17 geen kinderbijslag krijgen maar hen wel in belangrijke mate onderhouden. (Als er sprake is van co-ouderschap, ontvangt alleen de aanvrager van de kinderbijslag het kindgebonden budget.);
  • De ouder(s) de Nederlandse nationaliteit bezitten of een geldige verblijfsvergunning hebben;
  • Het gezamenlijke toetsingsinkomen niet hoger is dan het bedrag waarbij de uitkering nul wordt door de afbouw bij toenemend inkomen.

Bedrag

Het bedrag dat een ouder of ouderpaar krijgt aan kgb, hangt af van het gezamenlijk toetsingsinkomen, van het aantal kinderen dat aan bovengenoemde voorwaarden voldoet en van de leeftijd van de kinderen. Het bedrag wordt jaarlijks bij ministeriële regeling aangepast.

De belastingdienst betaalt het kgb per maand, afgerond op hele euro's. Door het afronden kunnen er kleine verschillen ontstaan tussen het theoretisch jaarbedrag en het ontvangen bedrag per jaar.

Aantal kinderen

In 2013 is dit bedrag per jaar, in totaal (dus niet per kind), voor ouders met een gezamenlijk toetsingsinkomen minder dan € 26.147:

  • bij 1 kind: € 1016
  • bij 2 kinderen: € 1553
  • bij 3 kinderen: € 1736
  • bij meer dan 3 kinderen: € 1736 plus € 106 voor elk extra kind

Het is dus € 1017 voor het eerste kind, € 536 voor het tweede, € 183 voor het derde, € 106 voor elk volgende kind.

Leeftijd kinderen

Verhoging van het kgb voor oudere kinderen:

  • Voor elk kind dat 12 t/m 15 jaar oud is, wordt het bedrag per jaar verhoogd met € 231.
  • Voor elk kind dat 16 of 17 jaar oud is, wordt het bedrag per jaar verhoogd met € 296.

Afbouw met toenemend inkomen

Bij een gezamenlijk toetsingsinkomen van meer dan € 26.147 wordt bovenstaand bedrag verminderd met 7,6% van het meerdere.

Alleenstaande-ouderkop

Omdat de aanvulling van het wettelijke minimumloon van 20 procent voor alleenstaande ouders in de bijstand per 1 januari 2015 is afgeschaft, is met het zesde lid van artikel 2 een alleenstaande-ouderkop - in de wandeling de ALO-kop genoemd - als onderdeel van dit kindgebonden budget ingevoerd, voor een ouder die geen partner heeft. Dit is een recht op verhoging, ter compensatie van deze afschaffing.

De Wet hervorming kindregelingen maakt een onderscheid naar huishoudtype. Een alleenstaande ouder heeft (behoudens de afbouw met toenemend inkomen) aanspraak op een verhoging van het kindgebonden budget van € 3.050,00.

Voor deze alleenstaande-ouderkop is het partnerbegrip in de Awir bepalend: de ouder die recht heeft op kindgebonden budget en geen partner heeft in de zin van de Awir, wordt aangemerkt als alleenstaande ouder.

De alleenstaande-ouderkop is in de plaats gekomen van bepaalde andere tegemoetkomingen voor alleenstaande ouders, en is in tegenstelling tot sommige van die andere regelingen niet rechtstreeks afhankelijk van wel of niet werken. Naast het feit dat het bedrag soms lager is, is in sommige gevallen de nieuwe regeling ook ongunstiger wegens de vermogenstoets, en doordat iemand met een kind die samenwoont met een ouder niet meer als alleenstaand geldt.

Verder is de uitkering voor het tweede kind flink verhoogd tot die voor het eerste kind, maar het inkomen waar de afbouw begint verlaagd tot ongeveer € 20.000.

Om de bijdrage aan de marginale druk niet hoger te maken is de afbouw met toenemend inkomen gehandhaafd op 7,6%. Gevolg hiervan is dat met name een alleenstaande ouder ook bij een vrij hoog inkomen nog een uitkering krijgt. De marginale druk kan daardoor alleen al door de IB (incl. afbouw arbeidskorting) en deze afbouw toch nog 52% + 4% + 7,6% = 63,6% worden.

Als twee alleenstaande ouders gaan samenwonen vervallen beide alleenstaande-ouderkoppen en is van het inkomen nog maar eenmaal € 20.000 "afbouwvrij" in plaats van tweemaal. Dit is voor hen samen een achteruitgang van € 5600 + € 1520, dus ongeveer € 7000. De achteruitgang is nog groter als er bij elkaar meer dan twee kinderen zijn. Bij uit elkaar gaan geldt uiteraard het omgekeerde. Een en ander is ook van belang in verband met het risico van leefvormfraude.

Als een vluchteling met een of meer kinderen naar Nederland komt en daar kinderbijslag voor aanvraagt, vraagt de Sociale Verzekeringsbank daarmee - zonder dat de vluchteling zich daarvan bewust is - ook automatisch het kindgebonden budget aan, inclusief de ALO-kop. De vluchteling wordt dan door de Belastingdienst/Toeslagen als alleenstaande ouder gezien, omdat een partner in het buitenland geen burgerservicenummer kan krijgen. Het formulier om dat nummer aan te vragen eist als bijlage documenten (bijvoorbeeld de huwelijksakte) waar een vluchteling meestal niet over kan beschikken en volgens een verdrag hoeft dat ook niet.

Reist die partner na, dan wordt die partner ingeschreven in de Basisregistratie Personen en krijgt daarmee een burgerservicenummer. Daarmee ziet de Belastingdienst dat iemand getrouwd was en vordert de om die reden soms over jaren de volgens de wet onterecht ontvangen bedragen kinderopvangtoeslag en de ALO-kop terug. Dat geld is dan inmiddels al uitgegeven voor het doel waarvoor het bestemd was. De vordering zorgt er voor dat het gezin door een betalingsregeling jarenlang onder bijstandsniveau moet leven, tenzij de vordering op aanvraag "buiten invordering" wordt gesteld. Een toeslagschuld kan volgens de Awir niet worden kwijtgescholden. Na drie jaar wordt er niet meer actief ingevorderd, maar de schuld blijft wel bestaan. Een vluchteling die een zelfstandig inkomen verwerft zal binnen die drie jaar eerst die schuld moeten inlossen. Komt hij te overlijden, dan valt de schuld in de erfenis.

Geschiedenis

Het kindgebonden budget werd ingevoerd op 1 januari 2009 en verving de kindertoeslag (een tijdelijke regeling die alleen in 2008 van kracht was). Voor de kindertoeslag maakte het aantal kinderen in een gezin niet uit.

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.