Kansexperiment

In de kansrekening verstaat men onder een kansexperiment, of toevalsexperiment een experiment dat, hoewel uitgevoerd onder dezelfde goed gedefinieerde experimentele omstandigheden, niet noodzakelijk dezelfde uitkomst geeft. Een kansexperiment kan een daadwerkelijk uitgevoerd experiment zijn, maar ook een gedachte-experiment. Een voorbeeld is het opgooien van een munt, dat onvoorspelbaar leidt tot een van de uitkomsten kruis of munt. Een kansexperiment moet onderscheiden worden van een gerandomiseerd experiment. Als randgeval van een kansexperiment wordt wel een deterministisch experiment opgevat dat maar één mogelijke uitkomst heeft.

Hoewel de uitkomst van elke uitvoering van het experiment toevallig is, blijkt het mogelijk in veel gevallen, mits het experiment voldoende vaak herhaald kan worden, wetmatigheden te ontdekken die wiskundig kunnen worden bepaald en leiden tot de kansrekening.

Eisen

Een experiment is een kansexperiment als het de volgende kenmerken heeft:

  • Er is een duidelijk omlijnd plan voor de uitvoering.[1]
  • Alle mogelijke uitkomsten van het experiment zijn tevoren bekend.
  • De uitkomst van elk experiment kan niet worden voorspeld.

Voorbeelden

  • Een worp met een dobbelsteen of een munt.
  • Een kaart trekken uit een goed geschud pak.
  • Het draaien aan een roulettewiel.
  • De plaats van het lek in een lekke fietsband.

Zie ook

Literatuur

  1. Norbert Henze: Stochastik für Einsteiger, 10. Auflage Springer Spektrum 2013, doi:10.1007/978-3-658-03077-3, S. 1.
  • Büchter, Henn: Elementare Stochastik, S. 134, Springer Verlag Berlin 2006, ISBN 3-540-22250-2.
  • Wirths: Das Baumdiagramm, S. 262–267, Pädagogischer Zeitschriftenverlag Berlin, Mathematik in der Schule 1999, Heft 5, ISSN 0465-3750.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.