Jan III van Cuijk

Jan III van Cuijk (1295 - 's-Hertogenbosch, 8 september 1357) was heer van Cuijk, Mierlo, Asten en Hoogstraten.

Jan III van Cuijk
1295 - 1357
Jan I van Hoogstraten
Periode1303-1357
VoorgangerWillem van Cuijk (1265-1303)
OpvolgerJan IV van Cuijk
Heer van Cuijk
Periode1350-1352
VoorgangerOtto van Cuijk
OpvolgerJan van Wijflit
Heer van Asten
Periode1350-1357
VoorgangerOtto van Cuijk
OpvolgerHendrik van Cuijk
Heer van Mierlo
Periode1350-1357
VoorgangerOtto van Cuijk
OpvolgerJan Dickbier
VaderWillem van Cuijk
MoederJohanna Sofia van Gymnich
DynastieHeren van Cuijk

Jan III was de zoon van Willem van Cuijk en Johanna Sofia van Gymnich. Hij was de neef van zijn voorganger, Otto van Cuijk. Hij was gehuwd met Catharina van Berthout Boskiel en verkreeg zijn heerlijke rechten in 1350, na de dood van Otto.

Op het eind van zijn leven verbleef Jan III veel in 's-Hertogenbosch, waar hij ook stierf en vermoedelijk werd begraven.

Opvolging

Van zijn kinderen was het Jan IV van Cuijk die heer van Hoogstraten werd. Zijn zoon Hendrik van Cuijk werd heer van Asten, Ekeren, Brecht en Zundert. Wenemar van Cuijk werd heer van Neerloon. De heerlijkheid Mierlo werd in 1356 verkocht aan Jan Dickbier. Zijn dochter Elisabeth trouwde met Gerrit van Arkel (1310-1380).

Het Land van Cuijk met de stad Grave had hij eind 1352 of begin 1353 - in ieder geval voor 29 januari 1353 - verkocht (Grave) of in pand (Land van Cuijk) gegeven aan Jan van Wijflit zich noemende heer van Cuijck 1352-1356 en heer van Blaersfeld 1347-1356, burggraaf van Heusden (ca. 1312 - ca. 17 augustus 1356) de bastaardzoon van Jan II hertog van Brabant uit een relatie met diens maîtresse Elsbeen van Wijflit. Onder Jan van Wijflit treedt de stad Grave op 8 maart 1355 toe tot het Brabantse stedenverbond[1].
Blijkbaar had van Wijflit moeite met het nakomen van zijn financiële verplichtingen. In september 1355 had hij namelijk nog een schuld van 2000 florijnen aan de graaf van Namen die was ontstaan door zijn overname van de Namense leengoederen van Jan III van Cuijk. Het was Jan III van Cuijk die in 1352 nog deze schuld aan Namen had. Deze overgenomen lenen en schulden waren vermoedelijk ook de reden voor het niet, of niet op tijd, nakomen van zijn financiële verplichtingen jegens Jan III van Cuijk. In de zomer van 1356 stelde deze en diens vrienden, gesteund door de burgers van Grave aan Jan van Wijflit een ultimatum. Betalen of de heerschappij teruggeven. Jan kon of wilde geen van beide. Hierop werd het kasteel te Grave bij nacht overvallen en bij de schermutselingen kwam Jan van Wijtflit die zich zal hebben verzet om het leven. Het restant van zijn manschappen werden het kasteel uitgejaagd.[2]


This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.