Jacobus Cornelius Meeuwissen

Jacobus Cornelius Meeuwissen (Oud Gastel, 15 augustus 1847 – Amsterdam, 29 juni 1916) was apostolisch vicaris van Suriname en titulair bisschop van Prusa.

Mgr. J.C. Meeuwissen

Na het voltooien van zijn humaniora in het Belgische Hoogstraten trad hij in 1868 toe tot de Congregatie van de Allerheiligste Verlosser (Redemptoristen) waarna hij ging studeren in het Redemptoristenklooster van Wittem waar een grootseminarie gevestigd was. Op 6 oktober 1873 werd hij tot priester gewijd waarna hij les ging geven aan het juvenaat van de Redemptoristen in Roermond. Vanaf 1876 zou hij de daaropvolgende 30 jaar actief zijn op het gebied van missies en retraites in geheel Nederland. Zo was hij drie jaar rector in Roosendaal, vier jaar rector in Rotterdam en 13 jaar provinciaal overste. Op 7 januari 1907 werd de toen 59-jarige Meeuwissen door Paus Pius X benoemd tot apostolisch vicaris van Suriname en titulair bisschop van Prusa.

Op 3 maart 1907 volgde in Amsterdam zijn bisschopswijding waarbij hij koos voor de zinspreuk Adeamus cum fiducia (laat ons opgaan met vertrouwen) waarna hij vertrok naar Suriname. Hij kreeg problemen met het tropische klimaat zodat hij in 1909 bijna een jaar in Nederland was om weer aan te sterken. In 1910 was er een conflict met de chef van het Militair Hospitaal waar sinds 1897 de Zusters van Liefde uit Tilburg als verpleegsters actief waren op de vrouwenafdeling van dat enige ziekenhuis in Paramaribo. Dit conflict liep zo hoog op dat het apostolisch vicariaat besloot de zusters terug te zenden naar Nederland. Als gevolg van vele verzoeken uit de plaatselijke bevolking werd uiteindelijk besloten dat de zusters in Suriname zouden blijven hoewel niet langer werkzaam in het Militair Hospitaal maar in een nieuwe verpleeginrichting die zou moeten uitgroeien tot een eigen R.K. Ziekenhuis; het huidige St. Vincentius ziekenhuis.

Het Surinaamse klimaat bleek werderom te zwaar voor mgr. Meeuwissen zodat hij in november 1910 opnieuw de boot naar Nederland nam. Tijdens een audiëntie bij de paus vroeg hij om gezondheidsredenen ontslag aan als apostolisch vicaris van Suriname wat hem op 15 december 1910 werd verleend. Ondanks zijn relatieve korte verblijf in die Nederlandse kolonie ging het goed met het apostolisch vicariaat want in die periode kwamen er onder andere negen kleine kerken, een zusterklooster en meerdere R.K. scholen bij.

Op 15 november 1911 werd zijn opvolger Theodorus van Roosmalen in 's-Hertogenbosch tot bisschop gewijd met aartsbisschop Van de Wetering als consecrator en onder andere mgr. Meeuwissen als assistent-bisschop. Mgr. Meeuwissen overleed op 29 juni 1916 in Amsterdam op 68-jarige leeftijd waarna hij op 3 juli begraven werd vanuit de Onze Lieve Vrouwekerk aan de Amsterdamse Keizersgracht die in 1854 door de paters Redemptoristen gebouwd was.

In zijn geboorteplaats Oud Gastel is naar hem een straat vernoemd: Monseigneur Meeuwissenstraat.