George Van Raemdonck

George van Raemdonck (Antwerpen, 28 augustus 1888Boechout, 26 januari 1966) was een Belgisch striptekenaar, cartoonist, boekillustrator, boekbandontwerper en kunstschilder die in Nederland werkzaam was. van Raemdonck was niet de eerste Nederlandse, maar wel de eerste Vlaamse striptekenaar. In Vlaanderen genoot hij echter veel minder bekendheid dan in Nederland.

George van Raemdonck
George van Raemdonck in 1917
Algemene informatie
Volledige naamGeorge van Raemdonck
Geboren28 augustus 1888
GeboorteplaatsAntwerpen
Overleden26 januari 1966
OverlijdensplaatsBoechout
Land België
Beroepstriptekenaar, cartoonist, boekillustrator, boekbandontwerper en kunstschilder
Werk
Bekende werkenBulletje en Bonestaak
Dbnl-profiel
Portaal    Strip

Zijn vader, apotheker van beroep, was tevens een bekwaam tekenaar. Omdat van Raemdonck beschikte over muzikaal talent, zond zijn vader hem naar het conservatorium om viool te studeren. Tegelijkertijd legde hij zich toe op schilderen en in 1903, vijftien jaar oud, schreef hij zich in bij de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Antwerpen, waar hij les kreeg van Franz Courtens en waar hij in 1913 de De Keyers-prijs ontving. In die tijd tekende hij al illustraties bij verschillende volksromans en voor het geïllustreerd weekblad Lange Wapper.

Vanwege de Eerste Wereldoorlog vluchtte van Raemdonck op 9 oktober 1914 met vrouw en kind naar Nederland, waar hij politieke prenten ging tekenen voor De Amsterdammer (nu: De Groene Amsterdammer). Zijn eerste 'kartoen' 'De dikke Bertha', gebaseerd op het reuzekanon van het Duitse leger, verscheen in De Amsterdammer op 6 december 1914.

Samenwerking met A.M. de Jong

De schrijver A.M. de Jong was onder de indruk van zijn werk en vroeg hem eind 1917 om het kinderboek Vacantiedagen te illustreren. Er ontstond een vriendschap tussen de twee. In 1920 stapte van Raemdonck over naar De Notenkraker, waarvoor hij veel politieke tekeningen maakte tot het einde van het blad in juli 1936. In dit blad ageerde de kunstenaar reeds vanaf 1932 tegen Hitler en het nazisme.

In 1922 trok A.M. de Jong hem aan voor het maken van tekeningen voor de tekststrip Bulletje en Boonestaak. Deze strip verscheen vanaf 2 mei 1922 vijftien jaar lang, tot en met 17 november 1937 in Het Volk en Voorwaarts. De strip wordt tegenwoordig als een klassieker beschouwd, mede wegens de gedurfde tekeningen. Regelmatig liet van Raemdonck A.M. de Jong in zijn tekeningen optreden en A.M. de Jong op zijn beurt trachtte van Raemdonck nogal eens in zijn tekst te verwerken. Als voorbeeld kan ook gelden het boek Vrolike Vertelsels onder het pseudoniem van Frank van Waes door A.M. de Jong geschreven met buiten de omslagtekening nog 62 tekeningen tussen de tekst.

De tekststrip Appelsnoet en Goudbaard, weer een samenwerking van van Raemdonck en De Jong, verscheen tussen 1925 en 1927 in het tijdschrift Blue Band (van de fabrikant van de Blue Band-margarine).

Minder bekend is de dierenstrip 'De Stoute streken van Boefie en Foefie, de rattenbengels', een plezierige strip over ratjes die hij tekende in 1931 en die verscheen in de regionale krant 'Utrechts Nieuwsblad' en in 'Voorwaarts'.

In 1928 verhuisde van Raemdonck terug naar België en pakte daar zijn schilderswerk weer op, maar bleef nauw samenwerken met De Jong. De samenwerking kwam abrupt tot een einde toen De Jong tijdens de Tweede Wereldoorlog om het leven kwam door een aanslag door Nederlandse SS'ers.

Samenwerking met A.D. Hildebrand

Van Raemdonck heeft de illustraties van het door A.D. Hildebrand geschreven kinderboek Belfloor en Bonnevue, de twee goede reuzen gemaakt, dat in 1938 verscheen met 44 tekeningen. Hierop kwam in 1941 een vervolg, Nieuwe avonturen van Belfloor en Bonnevue, een boek met 46 prenten. Beide boeken werden uitgegeven door De Arbeiderspers te Amsterdam.

Samenwerking met Jef Van Droogenbroeck

Na de oorlog ontstond in België een hechte samenwerking tussen van Raemdonck en de schrijver L. Roelandt (pseudoniem van Jef Van Droogenbroeck), wat resulteerde in de tekststrip Tijl Uilenspiegel, die van 1951 tot 1953 in het dagblad Vooruit verscheen aan een tempo van twee prenten per dag. In 1962 tot 1965 hernam dagblad Vooruit deze strip met vier prenten per week. Andere strips die hij samen met Roelandt maakte, waren 'Tijl Uilenspiegel's grote tocht' een vervolg op 'Tijl Uilenspiegel', Smidje Smee en Robinson Crusoë. Al deze strips verschenen in boekvorm uitgegeven door 'De Vlam' in Gent met uitzondering van 'Tijl Uilenspiegel's grote tocht'.

Boechoutse periode

In 1947 vestigde hij zich in Boechout waar hij de laatste jaren van zijn leven woonde en werkte aan de Dokter Theo Tutsstraat 39.

Op het hoekje van zijn straat lag Café Sportbors, waar George een graag geziene gast was. Hij tekende in de loop der jaren vele karikaturen en portretten van Boechoutenaren op 'bierviltjes'. Hiervan werd recent een boek uitgegeven: 'Boechoutse Koppen', een ode aan de werkman, de boer, de gewone mens.

In zijn Boechoutse periode tekende George van Raemdonck in 1958 eveneens een aantal spotprenten voor het tijdschrift van de duivenliefhebbers 'Duifke lacht' dat ook in het Frans verscheen onder de naam 'Pigeon rit'.

Van Raemdonck overleed in Boechout op 26 januari 1966 op 77-jarige leeftijd en werd te rusten gelegd op de gemeentelijke begraafplaats aan de Hovesesteenweg.

Het gemeentelijk park recht over zijn huis in de Dokter Theo Tutsstraat is thans 'George van Raemdonckpark' genaamd en in dit park staat een monumentje 'Bulletje en Boonestaak', een bronzen afbeelding van de twee stripfiguren zoals ze gezien worden door de Boechoutse kunstenaar François Blommaart. Aan de gevel van zijn woonhuis hangt nu een bronzen plaquette met de beeltenis van de kunstenaar, gemaakt door Eric Verlinden, eveneens een Boechouts kunstenaar. Eveneens in Boechout werd een straat naar de kunstenaar genaamd namelijk de 'George van Raemdoncklaan'.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.